Medicijnenapomorfine

apomorfine

Medicijnenapomorfine

apomorfine

Waarbij gebruik ik het?Mogelijke bijwerkingenHoe gebruik ik dit?Een keer vergeten, wat nu?Mag ik autorijden, alcohol drinken, alles eten?Gebruik met andere medicijnenGebruik bij zwangerschap of borstvoedingMag ik zomaar stoppen?Onder welke namen verkrijgbaar?Heb ik een recept nodig?
  • Apomorfine werkt hetzelfde als dopamine, een stof die van nature in de hersenen voorkomt.

    Artsen schrijven het voor bij de ziekte van Parkinson.

    • Bij de ziekte van Parkinson kunnen de hersenen niet meer de juiste berichten versturen, bijvoorbeeld naar de spieren. Dit komt onder andere door een tekort aan dopamine in de hersenen.

      Dopamine is een boodschapperstof ('neurotransmitter') waardoor zenuwen in de hersenen met elkaar kunnen communiceren.

      Verschijnselen
      Er  ontstaan bewegingsproblemen, zoals spierstijfheid, moeite met slikken, beven, loop- en spraakstoornissen. De verschijnselen van de ziekte van Parkinson worden in de loop der jaren steeds sterker.

      Behandeling
      De ziekte van Parkinson is niet te genezen. Medicijnen kunnen wel een deel van de verschijnselen verminderen.

      Het moment waarop u met de medicijnen start, hangt af van uw lichamelijke klachten en van uw persoonlijke omstandigheden. De arts past een stappenplan toe, waarin verschillende behandelingen elkaar opvolgen. Elk medicijn heeft namelijk maar gedurende een bepaalde periode voldoende effect. Als het effect afneemt, krijgt u een andere dosering of medicijn.

      Bij oudere mensen of bij ernstige klachten begint uw arts meestal met levodopa. Als dit medicijn na verloop van tijd niet meer voldoende effect heeft of te veel bijwerkingen geeft, kan een medicijn dat werkt als dopamine worden toegevoegd, bijvoorbeeld ropinirol, rotigotine of pramipexol.

      De arts zal apomorfine voorschrijven als levodopa of andere middelen niet meer voldoende werken of als er sprake is van perioden waarin men zich niet kan bewegen ('off'-perioden).

      Werking
      Apomorfine verbetert de 'off'-perioden die optreden als levodopa of andere middelen niet meer voldoende werken. De injectie begint te werken na 3-20 minuten en de werking houdt 20-40 minuten aan.

      Als u in het ziekenhuis ligt en een langere werking van het middel nodig is, krijgt u het als infuus.

    • Behalve het gewenste effect kan dit medicijn bijwerkingen geven.

      De belangrijkste bijwerkingen zijn de volgende:

      Soms (bij 10 tot 30 op de 100 mensen)

      • Reacties op de injectieplaats, zoals harde plekken in de huid, roodheid, gevoeligheid, jeuk, blauwe plekken en pijn

      Zelden (bij 1 tot 10 op de 100 mensen)

      • Misselijkheid en braken

        Dit komt meestal aan het begin van de behandeling voor. Uw arts kan u domperidon voorschrijven om de misselijkheid tegen te gaan.

      • Slaperigheid, vermoeidheid en gapen

      • Duizeligheid, draaierigheid, een licht gevoel in het hoofd en zeer zelden flauwvallen

        Dit komt door te sterke daling van de bloeddruk. Als u zich duizelig voelt, sta dan langzaam op uit bed of van een stoel. U kunt het best even gaan liggen en de benen wat hoger leggen, bijvoorbeeld op een kussen.

      • Psychische klachten, zoals verwardheid en waanvoorstellingen (hallucinaties) en zeer zelden opwinding en agressie. Raadpleeg uw arts als u hier veel last van heeft. Vooral bij mensen die al psychische klachten hebben.

        Neem contact op met uw arts als u hier last van krijgt. Mogelijk moet de dosering worden aangepast.
        Als u al psychische klachten heeft, zoals waanvoorstellingen of psychose, geef dan aan uw psychiater door dat u dit medicijn gaat gebruiken. Uw psychiater kan deze klachten extra in de gaten houden.

      Zeer zelden (bij minder dan 1 op de 100 mensen)

      • Benauwdheid en bemoeilijkte ademhaling

        Raadpleeg uw arts als u hier last van heeft.

      • Huiduitslag

      • Plotselinge slaapaanvallen

        Deze slaapaanvallen kunnen plotseling ontstaan, soms zonder dat u ze voelt aankomen. Ze duren van enkele minuten tot enkele uren. Rijd geen auto als u hier last van heeft. Als u hier last van blijft houden, raadpleeg dan uw arts. Mogelijk moet de dosering worden aangepast.

      • Huidzweren als u dit middel per infuus krijgt

      • Meer zin in vrijen en meer kans op verslaving, zoals overmatig gokken, dwangmatig koopgedrag of eetbuien

        Deze bijwerkingen gaan over na een verlaging van de dosis of als u met het middel stopt. Neem contact op met uw arts als u hier last van heeft.

      • Bloedarmoede, u merkt dat onder andere aan een extreme vermoeidheid, een bleke huid en slijmvliezen

        Raadpleeg dan uw arts.

      • Verminderde aanmaak van bloedplaatjes. Hierdoor heeft u een verhoogde kans op bloedingen. Heeft u onverklaarbare blauwe plekken of vaker dan normaal een bloedneus? Neem dan contact op met uw arts.

      • Meer kans op hartritmestoornissen. U merkt dit soms alleen aan plotselinge duizelingen of als u even wegraakt. Vooral mensen met de hartritmestoornis verlengd QT-interval hebben hier meer kans op. Gebruik dit medicijn NIET als u deze hartritmestoornis heeft.

      • Hoofdpijn


      Neem contact op met uw apotheker of arts als u te veel last heeft van deze of andere bijwerkingen waar u zich zorgen over maakt.


      Heeft u last van een bijwerking? Meld dit dan bij het bijwerkingencentrum lareb. Hier worden alle meldingen over bijwerkingen van medicijnen in Nederland verzameld. Ik wil een bijwerking melden

      • Regelmatig: bij meer dan 30 op de 100 mensen
        Soms: bij 10 tot 30 op de 100 mensen
        Zelden: bij 1 tot 10 op de 100 mensen
        Zeer zelden: bij minder dan 1 op de 100 mensen
        • Kijk voor de juiste dosering op het etiket van de apotheek.

          Hoe?
          U krijgt dit medicijn via een injectie of infuuspomp vlak onder uw huid. Uw arts of verpleegkundige leert u hoe u uzelf moet injecteren. En hoe u de infuuspomp aansluit en gebruikt. Aarzel niet bij onduidelijkheden uitleg te vragen.

          Wanneer?
          Bij het begin van een 'off'-periode. Tijdens een 'off-periode' krijgt u plotseling veel last van stijfheid, traagheid of niet kunnen bewegen (immobiliteit).

          Hoelang?

          Werkt de injectie niet goed genoeg? Dan kunt u na 1 uur nog een injectie gebruiken. Gebruikt u meer dan 10 injecties per dag? Dan zal uw arts meestal een infuus voorschrijven.

          • Bij een 'off'-periode kunt u de dosis alsnog gebruiken. Soms moet u dit middel volgens een vast doseringsschema gebruiken.

            • Als u dit middel 1 keer per dag gebruikt: duurt het nog meer dan 8 uur voor u de volgende dosis normaal gebruikt? Dien de vergeten dosis dan alsnog toe. Duurt het nog minder dan 8 uur? Dien de vergeten dosis dan alsnog toe, maar sla de volgende dosis over.
            • Als u dit middel 2 keer per dag gebruikt: duurt het nog meer dan 4 uur voor u de volgende dosis normaal gebruikt? Dien de vergeten dosis dan alsnog toe. Duurt het nog minder dan 4 uur? Dien de vergeten dosis dan alsnog toe, maar sla de volgende dosis over.
            • Als u dit middel 3 of 4 keer per dag gebruikt: duurt het nog meer dan 2 uur voor u de volgende dosis normaal gebruikt? Dien de vergeten dosis dan alsnog toe. Duurt het nog minder dan 2 uur? Dien de vergeten dosis dan alsnog toe, maar sla de volgende dosis over.
            • autorijden?
              Het kan gevaarlijk zijn aan het verkeer deel te nemen als u dit medicijn gebruikt. Dit komt door bijwerkingen, zoals vermoeidheid, slaperigheid, slaapaanvallen, duizeligheid, draaierigheid, flauwvallen, verwardheid en hallucinaties. Plotselinge slaapaanvallen voelen de meeste mensen niet aankomen. U mag NIET autorijden als u daar wel eens last van heeft.

              U mag de eerste paar dagen dat u dit medicijn gebruikt niet autorijden. Rijd ook geen auto als de dosering omhoog gaat. Pas nadat u gedurende een paar dagen dezelfde dosering gebruikt, mag u weer autorijden. Na een paar dagen zijn de meeste mensen voldoende gewend geraakt aan de effecten. U mag dan weer autorijden. Maar doe dat alleen als u geen last meer heeft van de bijwerkingen.

              Let op: ook de ziekte van Parkinson kan een reden zijn dat u niet mag autorijden. Overleg met uw arts of dat bij u het geval is. Wilt u meer informatie over autorijden bij bepaalde aandoeningen? Kijk dan op de website van het CBR.

              Voor meer algemene informatie kunt u het thema 'Medicijnen in het verkeer' lezen. In dit thema leest u bijvoorbeeld wat de wet zegt over medicijnen in het verkeer. Ook vindt u adviezen waarmee u rekening moet houden als u wel (weer) mag autorijden.

              alcohol drinken?
              In combinatie met alcohol neemt de kans op duizeligheid toe. U kunt daarom beter geen alcohol drinken in combinatie met dit geneesmiddel.

              alles eten?
              U mag alles eten.

              • Dit middel heeft wisselwerkingen met andere medicijnen. In de tekst hieronder staan alleen de werkzame stoffen van deze medicijnen, dus niet de merknamen. Of uw medicijn een van die werkzame stoffen bevat, kunt u nagaan in uw bijsluiter onder het kopje 'samenstelling'.

                De medicijnen waarmee de belangrijkste wisselwerkingen optreden, zijn de volgende.

                • (Bijna alle) middelen tegen wanen (u gelooft of denkt dingen die niet kloppen) en hallucinaties (u ziet, voelt of hoort dingen die er niet zijn) (antipsychotica). Deze gaan de werking van parkinsonmiddelen tegen en verergeren de verschijnselen van de ziekte van Parkinson. En middelen tegen de ziekte van Parkinson gaan de werking van antipsychotica tegen. Overleg met uw arts als u last heeft van wanen en hallucinaties. Mogelijk is dit het gevolg van de parkinsonmedicatie en kan de dosering hiervan worden verlaagd. In aanhoudende gevallen van wanen en hallucinaties kan de arts een lage dosering kiezen van een antipsychoticum dat relatief gunstig is, clozapine.
                • Bepaalde middelen tegen misselijkheid en braken: alizapride, droperidol en metoclopramide. Deze gaan de werking van parkinsonmiddelen tegen en verergeren de verschijnselen van de ziekte van Parkinson. Overleg met uw arts als u last heeft van misselijkheid en braken. Mogelijk is dit het gevolg van de parkinsonmedicatie en kan de dosering hiervan worden verlaagd. Domperidon mag eventueel wel kortdurend worden gebruikt bij braken.

                Twijfelt u eraan of een van de bovenstaande wisselwerkingen voor u van belang is? Neem dan contact op met uw apotheker of arts.

                • Zwangerschap
                  Overleg met uw arts. U kunt dit medicijn beter NIET gebruiken als u zwanger bent of binnenkort wilt worden. Over het gebruik van dit middel tijdens de zwangerschap is nog te weinig bekend. Meld het in elk geval aan uw arts en apotheker zodra u zwanger bent of binnenkort wilt worden. Zo mogelijk kunt u (tijdelijk) overstappen op een ander middel.

                  Borstvoeding
                  Wilt u borstvoeding geven, overleg dan met uw arts of apotheker. Het is niet bekend of dit medicijn in de moedermelk terechtkomt en of het slecht is voor de baby. Wel is bekend dat het er voor kan zorgen dat de borstvoeding steeds minder wordt of zelfs stopt. Mogelijk kan de arts u (tijdelijk) een ander middel voorschrijven, waarvan wel bekend is dat u het veilig kunt gebruiken.

                  Gebruikt u medicijnen op recept of die u zonder recept koopt? Wilt u helpen om de kennis over medicijngebruik tijdens zwangerschap en borstvoeding te vergroten? Meld dan uw ervaring bij Moeders van Morgen.

                  • Als u het middel dagelijks heeft gebruikt, is er een kans dat u extra last krijgt van stijfheid, beven en bewegingsstoornissen als u stopt. Vraag uw arts om advies.

                    • De werkzame stof apomorfine zit in de volgende producten:
                      • Apomorfine is sinds lange tijd internationaal op de markt. Het is op recept verkrijgbaar als injectie en als infuus onder de merknamen APO-go, APO-go Pod en Dacepton.

                        Laatst bijgewerkt op 03-01-2024

                        Disclaimer

                        Deze tekst is opgesteld door het Geneesmiddel Informatie Centrum van de KNMP. Deze tekst is gebaseerd op de bijsluiter van het beschreven medicijn en op andere, wetenschappelijke bronnen. Zoals medische richtlijnen, standaarden en literatuur. Bent u benieuwd hoe het apotheek.nl-team dit doet? Bekijk dan de video. Hoewel bij het opstellen van de tekst uiterste zorgvuldigheid is betracht, is de KNMP niet aansprakelijk voor eventuele schade die zou kunnen voortvloeien uit enige onjuistheid in deze tekst. De officiële bijsluiter van dit medicijn vindt u bij het College ter Beoordeling van Geneesmiddelen op: www.cbg-meb.nl.

                        Vond u deze informatie nuttig?

                        Vind een apotheek

                        Wilt u meer weten, of heeft u een vraag over uw eigen situatie? Dan raden wij u aan naar uw eigen apotheek te gaan. Uw eigen apotheker is op de hoogte van uw persoonlijke omstandigheden en kan u uitgebreid begeleiden bij uw medicijngebruik. Bent u niet in de buurt van uw eigen apotheek, dan kunt u hier ook andere apotheken vinden.
                        Vind een apotheek blob

                        Vraag het de webapotheker

                        Vraag het de webapotheker

                        Vraag het de webapotheker

                        Het beste advies krijgt u bij uw eigen apotheek. Daar ontvangt u de zorg en begeleiding die is afgestemd op uw persoonlijke situatie. Mocht dit niet mogelijk zijn, dan kunt u een vraag stellen aan de webapotheker. Een team van apothekers beantwoordt uw vraag in principe binnen enkele werkdagen.

                        Meldpunt medicijnen

                        Werkt uw medicijn heel goed of juist niet? Wordt uw medicijn niet vergoed? Of heeft u last van een bijwerking? Meld uw ervaring

                        Geen ervaringen gevonden

                        Informatie wordt bijgewerkt: