MedicijnenDKTP-Hib-HepB-vaccin bij kinderen

DKTP-Hib-HepB-vaccin bij kinderen

MedicijnenDKTP-Hib-HepB-vaccin bij kinderen

DKTP-Hib-HepB-vaccin bij kinderen

Waar is dit medicijn voor?Ervaring bij kinderenHoe werkt dit medicijn en welk effect heeft het?Hoe lang duurt het voordat dit medicijn werkt?Hoe moet uw kind dit medicijn gebruiken?BijwerkingenHoe is dit medicijn verkrijgbaar?Meer informatie
  • Het DKTP-Hib-HepB-vaccin bevat de onschadelijk gemaakte gifstoffen van de difterie-, en tetanusbacteriën, dode kinkhoest- en hib-bacteriën en onschadelijk gemaakte polio- en hepatitis B-virussen.

    Het beschermt uw kind tegen infectie met difterie-, kinkhoest-, tetanus- en Hib-bacterie en tegen het polio- en hepatitis B-virus.

    Het is een van de vaccinaties uit het Rijksvaccinatieprogramma.

    • Rijksvaccinatieprogramma
      Alle kinderen in Nederland worden via het Rijksvaccinatieprogramma ingeënt tegen difterie, kinkhoest, tetanus, polio, Hib en hepatitis B.

      • Na de laatste vaccinatie op het negende jaar duurt de bescherming tegen difterie, tetanus en polio tien jaar. Na die tijd is een nieuwe vaccinatie nodig, als uw kind extra kans loopt op een van deze ziekten. De bescherming tegen tetanus duurt maar 10 jaar. Daarom hebben volwassenen bij een verwonding een tetanus-vaccinatie nodig.
      • Tegen kinkhoest is de bescherming ongeveer tot 14 jaar. Als daarna toch een kinkhoestinfectie ontstaat, is die wel minder ernstig dan bij mensen die nooit gevaccineerd zijn. Daarom krijgen mensen meestal niet een nieuwe vaccinatie.
      • Tegen Hib en hepatitis B is uw kind na vaccinatie waarschijnlijk levenslang beschermd.
      • Difterie, kinkhoest, tetanus en Hib-ziekten worden veroorzaakt door bacteriën.

        Difterie
        Difterie of ‘kroep’ is een ernstige ziekte. Het lichaam reageert daarbij op de gifstoffen van de difterie-bacterie. Deze bacterie wordt via hoesten van mens op mens overgebracht.

        De ziekte begint meestal met erge keelpijn, een ziek gevoel en soms koorts. De slijmvliezen van de keel kunnen opzwellen. Daardoor wordt het ademen moeilijk en kunnen kinderen zelfs stikken.

        De difteriebacterie kan ook de hartspier en het zenuwstelsel beschadigen. De ziekte wordt vaak steeds erger. Daardoor komt behandeling soms te laat. Onbehandeld is de ziekte vaak dodelijk. Daarom is vaccinatie nodig. In Nederland komt difterie nauwelijks meer voor. Omdat de meeste mensen als kind gevaccineerd zijn tegen deze ziekte.

        Kinkhoest
        De bacterie Bordetella pertussis veroorzaakt kinkhoest. Deze bacterie wordt door hoesten van mens tot mens overgebracht en is erg besmettelijk.

        Kinkhoest begint meestal met verkoudheid, een ziek gevoel en soms koorts. Daarbij ontstaan er enorme hoestbuien met een gierende inademing.

        Tetanus
        Tetanus is een ernstige spierziekte. De gifstoffen van de tetanus-bacterie zijn de oorzaak van deze ziekte. Uw kind kan tetanus krijgen door besmetting met deze bacterie. Deze komt voor in aarde, straatvuil en mest van dieren. De bacterie kan via een verwonding in het lichaam komen. En zich daar gaan vermenigvuldigen. Dat gebeurt vooral in kleine, diepe wonden en bij dierenbeten.

        Tetanus begint meestal met hoofdpijn en spierkrampen in de kaken. Een andere naam voor tetanus is daarom kaakklem. Binnen een paar dagen nemen de spierkrampen toe. Ze verplaatsen zich dan over het hele lichaam. Ook de ademhalingsspieren kunnen verkrampen, waardoor ademen moeilijker gaat. Zonder behandeling is tetanus dodelijk. Daarom is vaccinatie nodig.

        Hib
        Hib is een afkorting voor de bacterie Haemophilus influenzae type B. De bacterie wordt door hoesten en niezen van de ene op de andere persoon overgebracht.

        De bacterie kan vrij onschuldige ziektes geven, zoals verkoudheid en keel-, oor- en bijholteontsteking. Maar het kan ook ernstige aandoeningen veroorzaken. Zoals hersenvliesontsteking, zwelling van het strotklepje, bloedvatverstoppingen en bloedvergiftiging.

        Uw kind kan tegen een Hib-infectie worden gevaccineerd met een injectie.

        Difterie, kinkhoest, tetanus, Hib en hepatitis B voorkomen
        Uw kind kan tegen deze ziekten worden gevaccineerd met een injectie. Na injectie maakt het lichaam afweerstoffen tegen deze bacteriën en virussen. Als uw kind dan in aanraking komt met deze bacteriën en virussen, kan hij/zij deze onschadelijk maken.

        De meeste mensen zijn als kind gevaccineerd tegen difterie, kinkhoest, tetanus, Hib en hepatitis B via het Rijksvaccinatieprogramma.

        Het kinkhoestvaccin beschermt niet helemaal, maar wel voor een groot deel. Dit komt doordat de bacterie verandert en het vaccin niet tegen alle bacterie-types beschermt.

        • Polio (kinderverlamming) wordt veroorzaakt door het poliomyelitis-virus. Hepatitis B wordt veroorzaakt door het hepatitis B-virus.

          Polio
          Polio is de afkorting van poliomyelitis. Deze ziekte kan helemaal zonder ernstige verschijnselen zijn. En alleen maar diarree als klacht hebben. Maar bij ongeveer één procent van de besmette personen zijn er spierverlammingen die niet overgaan. Er bestaat geen behandeling tegen polio. Daarom is vaccinatie nodig.

          Uw kind kan polio krijgen als hij/zij het virus binnenkrijgt via sporen van menselijke poep. Dit kan door gebruik van besmet water of voedsel.

          Polio voorkomen
          Tegen deze ziekte kunt u worden gevaccineerd met een injectie. Na injectie maakt het lichaam afweerstoffen tegen het poliovirus. Als u dan in aanraking komt met dit virus kan uw lichaam dit beter onschadelijk maken.

          De meeste mensen zijn als kind tegen polio gevaccineerd via het Rijksvaccinatieprogramma.

          Hepatitis B

          Hepatitis B is een leverontsteking veroorzaakt door een virus. Er bestaan verschillende soorten hepatitisvirussen. Ze worden met letters aangeduid: A, B en C. Hier gaat het om virustype B en de ziekte hepatitis B.

          Een infectie met hepatitis B geeft niet bij iedereen klachten. De infectie kan er ook zijn zonder dat je het merkt. Ongeveer 4 van de 10 mensen krijgen wel ziekteverschijnselen.

          Verschijnselen van hepatitis B beginnen meestal met gebrek aan eetlust, algemeen ziektegevoel, vermoeidheid, misselijkheid en braken, buikklachten, koorts en gewrichtsklachten. Soms kleuren de huid en ogen geel na een paar dagen (geelzucht). Dat wordt na een paar weken weer minder. De ziekteverschijnselen duren een paar weken tot maanden.

          Sommige mensen worden daarna drager van de ziekte. Dan zijn de ziekteverschijnselen verdwenen, maar is het virus nog wel in het lichaam aanwezig. En is men wel besmettelijk. Sommige mensen houden hun leven lang last van hun lever, omdat deze door de infectie beschadigd is geraakt.

          Oorzaak
          Hepatitis B is een besmettelijke ziekte. Uw kind kan de ziekte krijgen door contact met bloed van een besmet persoon. Ook als deze persoon al lang geen verschijnselen meer heeft van de leverontsteking, kan hij nog wel besmettelijk zijn.

          Ook kan uw kind deze ziekte krijgen doordat het wordt geprikt met besmette voorwerpen. Bijvoorbeeld door een gebruikt mesje bij de kapper. Zwangere vrouwen die met het virus zijn besmet, kunnen hun kind tijdens de geboorte besmetten.

          Hepatitis B voorkomen
          Tegen deze ziekte kan uw kind worden gevaccineerd met een injectie. Na injectie maakt het lichaam afweerstoffen tegen het virus. Als uw kind dan in aanraking komt met levende virussen, kan zijn/haar lichaam deze goed bestrijden. De bescherming duurt waarschijnlijk levenslang. Niet iedereen reageert op het vaccin, 9 op de 10 mensen zijn beschermd.

          Sinds 2011 krijgen kinderen via het Rijksvaccinatieprogramma ook een vaccinatie tegen hepatitis B. Volwassenen kunnen een vaccinatie krijgen als ze lang op reis gaan naar verre landen. Of willen werken in de gezondheidszorg of veiligheid.

        • Het DKTP-Hib-HepB-vaccin is officieel geregistreerd bij kinderen. Dit betekent dat de fabrikant dit vaccin bij kinderen uitgebreid heeft onderzocht. Uit het onderzoek van de fabrikant blijkt dat het bij kinderen werkt en veilig is. De overheid heeft goedgekeurd dat het medicijn te krijgen is. En dat kinderen het mogen gebruiken.

            • Difterie, kinkhoest, tetanus en HiB: na injectie maakt het lichaam afweerstoffen tegen de gifstoffen van deze bacteriën en tegen de bacteriën zelf. Als uw kind dan in aanraking komt met die gifstoffen kan zijn/haar lichaam deze beter onschadelijk maken.
            • Polio en hepatitis B: na injectie maakt het lichaam afweerstoffen tegen deze virussen. Als uw kind dan in aanraking komt met deze virussen kan zijn/haar lichaam dit beter onschadelijk maken.
              • Difterie en tetanus: na de laatste vaccinatie op het negende jaar duurt de bescherming tegen deze ziektes 10 jaar. Na die tijd is een nieuwe vaccinatie nodig, als het kind extra kans loopt op een van deze ziekten.
              • Kinkhoest: na de laatste vaccinatie op het negende jaar is uw kind ongeveer 10 jaar beschermd tegen deze ziekte. Als daarna toch een kinkhoestinfectie ontstaat, verloopt die wel minder ernstig dan bij mensen die nooit gevaccineerd zijn. Daarom krijgen mensen meestal niet een nieuwe vaccinatie.
              • Polio: na de laatste vaccinatie is uw kind waarschijnlijk levenslang beschermd.
              • Hib: tegen Hib is uw kind waarschijnlijk levenslang beschermd. Uw kind kan wel hersenvliesontsteking krijgen door andere verwekkers dan Hib.
              • Hepatitis B: tegen hepatitis B is uw kind waarschijnlijk levenslang beschermd. Uw kind kan wel kwetsbaar zijn voor andere vormen van hepatitis (zoals A en C).
              • Hoe?

                De arts of verpleegkundige geeft de injectie in de spier van de bovenarm of dijbeen.

                Wanneer?

                Het Rijksvaccinatieprogramma start bij kinderen in het eerste levensjaar met DKTP-Hib-HepB-prikken. Dit vaccin beschermt tegen difterie, kinkhoest, tetanus, polio, Haemofilus influenzae B en Hepatitis B.

                Vanaf 16 december 2019 kunnen zwangere vrouwen vanaf de 22e week in de zwangerschap een kinkhoestvaccinatie (DKT-prik) halen. Hierdoor zijn baby's meteen vanaf de geboorte tegen kinkhoest beschermd.

                Heeft de moeder tijdens de zwangerschap wel een DKT-prik gekregen?
                Het is dan normaal met 3, 5 en 11 maanden te vaccineren. Op het vierde jaar wordt nog een DKTP-prik gegeven, dus zonder het vaccin tegen Hib en hepatitis B. Op het negende jaar alleen een prik tegen DTP, dus zonder het vaccin tegen kinkhoest

                Heeft de moeder tijdens de zwangerschap geen DKT-prik gekregen? Of was de tijd tussen vaccinatie en geboorte minder dan 2 weken?
                Het is dan normaal met 2, 3, 5 en 11 maanden te vaccineren. Kinderen krijgen dan een extra DKTP-Hib-HepB-prik. Op het vierde jaar wordt nog een DKTP-prik gegeven, dus zonder het vaccin tegen Hib en hepatitis B. Op het negende jaar alleen een prik tegen DTP, dus zonder het vaccin tegen kinkhoest.

                Er kunnen ook andere redenen zijn om ook de extra prik bij 2 maanden te krijgen. Zo krijgen ook kinderen die te vroeg geboren zijn een extra prik bij 2 maanden. En kinderen met een verminderde weerstand. En kinderen met een aangeboren longafwijking.

                Bij jonge kinderen is het afweersysteem nog niet helemaal goed ontwikkeld. Daarom moeten de prikken in het eerste jaar zo vaak herhaald worden.
                De andere vaccinaties in het Rijksvaccinatieprogramma zijn terug te vinden in het complete inentingsschema.

                De bescherming tegen tetanus duurt minstens 10 jaar. Is er na die tijd een verwonding met bijvoorbeeld straatvuil? Dan moet opnieuw worden gevaccineerd met tetanusvaccin.

                Heeft uw kind hoge koorts op het moment van injectie, bijvoorbeeld door een infectie? Stel de vaccinatie dan als mogelijk is uit tot uw kind weer beter is. De koorts kan namelijk erger worden.

                • Behalve het gewenste effect kan dit medicijn bijwerkingen geven. Deze ontstaan vooral doordat het afweersysteem van uw kind denkt dat er een echte infectie is. De bijwerkingen zijn dus een signaal dat het vaccin werkt.

                  Bijwerkingen waarvan bekend is dat ze bij kinderen kunnen voorkomen, zijn:

                  Soms (bij 10 tot 30 op de 100 mensen)

                  • Pijn op de plaats van de injectie, soms met roodheid, zelden zwelling of een harde plek onder de huid.

                  • Vermoeidheid

                  • Prikkelbaarheid of onrust

                  • Koorts

                  • Verminderde eetlust

                  Zelden (bij 1 tot 10 op de 100 mensen)

                  • Diarree

                  • Braken

                  Zeer zelden (bij minder dan 1 op de 100 mensen)

                  • Stuipen, soms met koorts.

                    Waarschuw dan uw arts.

                  • Flauwvallen

                    Waarschuw dan uw arts.

                  • Longinfectie en luchtwegontsteking

                    Waarschuw uw arts als uw kind het benauwd krijgt.

                  • Gezwollen lymfeklieren in de hals, oksel of liezen.

                    Soms kunnen de lymfeklieren ontsteken. Neem dan contact op met uw arts.

                  • Verminderde aanmaak van bloedplaatjes

                    Hierdoor heeft uw kind een grotere kans op bloedingen. Heeft uw kind onverklaarbare blauwe plekken? Of vaker dan normaal een bloedneus? Neem dan contact op met de arts.

                  • Overgevoeligheid. U merkt dat als uw kind huiduitslag, galbulten of jeuk heeft.

                    Heel soms ontstaat er koorts, benauwdheid, opgezwollen lippen, tong of gezicht, flauwvallen of een ernstige huidafwijking. Waarschuw dan meteen uw arts. In dit geval mag uw kind dit vaccin in de toekomst niet meer krijgen. Mogelijk is een ander vaccin geschikt.


                  Raadpleeg uw arts als uw kind veel last heeft van bovengenoemde bijwerkingen. Of als u bezorgd bent over deze bijwerkingen.

                  Sommige ouders zijn bang dat vaccinaties kans geven op ernstige ziekte, autisme, of zelfs overlijden. Hier is onderzoek naar gedaan en het blijkt dat dit niet waar is. Deze ziektes komen niet vaker voor bij gevaccineerde kinderen dan bij kinderen die niet gevaccineerd zijn. Maar een kind dat niet is gevaccineerd heeft wel een veel grotere kans om ernstige ziektes te krijgen.

                  Wilt u meer weten over welke bijwerkingen wel en welke bijwerkingen niet voorkomen na vaccineren? Hier kunt u meer informatie vinden per bijwerking.

                  Heeft uw kind last van een bijwerking? Meld dit dan bij het bijwerkingencentrum Lareb. Hier worden alle meldingen over bijwerkingen van medicijnen in Nederland verzameld. Ik wil een bijwerking melden

                  • Regelmatig: bij meer dan 30 op de 100 mensen
                    Soms: bij 10 tot 30 op de 100 mensen
                    Zelden: bij 1 tot 10 op de 100 mensen
                    Zeer zelden: bij minder dan 1 op de 100 mensen
                    • Het DKTP-HiB-HepB-vaccin is voor kinderen te krijgen in injecties.

                      • Meer informatie over dit medicijn vindt u bij DKTP-Hib-HepB-vaccin bij kinderen bij volwassenen. In deze tekst vindt u onder andere informatie over:

                        • wat u moet doen als een dosis is vergeten;
                        • of het mogelijk is om zomaar met dit medicijn te stoppen;
                        • of het medicijn samen mag met andere medicijnen.

                        Voor deze onderwerpen is de informatie voor kinderen en volwassenen hetzelfde, of is er geen specifieke informatie voor kinderen bekend.

                        Laatst bijgewerkt op 04-04-2022

                        Disclaimer

                        Deze tekst is geschreven door het Geneesmiddel Informatie Centrum van de KNMP. Voor het opstellen van deze teksten is gebruik gemaakt van het Kinderformularium van het NKFK en andere wetenschappelijke bronnen. Hoewel bij het opstellen van de tekst uiterste zorgvuldigheid is betracht, is de KNMP niet aansprakelijk voor eventuele schade die zou kunnen voortvloeien uit enige onjuistheid in deze tekst.

                        Vond u deze informatie nuttig?

                        Vind een apotheek

                        Wilt u meer weten, of heeft u een vraag over uw eigen situatie? Dan raden wij u aan naar uw eigen apotheek te gaan. Uw eigen apotheker is op de hoogte van uw persoonlijke omstandigheden en kan u uitgebreid begeleiden bij uw medicijngebruik. Bent u niet in de buurt van uw eigen apotheek, dan kunt u hier ook andere apotheken vinden.
                        Vind een apotheek blob

                        Vraag het de webapotheker

                        Vraag het de webapotheker

                        Vraag het de webapotheker

                        Het beste advies krijgt u bij uw eigen apotheek. Daar ontvangt u de zorg en begeleiding die is afgestemd op uw persoonlijke situatie. Mocht dit niet mogelijk zijn, dan kunt u een vraag stellen aan de webapotheker. Een team van apothekers beantwoordt uw vraag in principe binnen enkele werkdagen.
                        Informatie wordt bijgewerkt: