Een vaccinatie is meestal een prik. In deze prik zit een kleine hoeveelheid van een virus of bacterie die dood of verzwakt is. Uw lichaam reageert daarop door antistoffen te maken. Deze antistoffen beschermen u tegen ziektes.
Komt u later in contact met de echte ziekte? Dan herkent uw lichaam die sneller. Het maakt dan opnieuw antistoffen aan. U wordt dan niet ziek, of veel minder ziek.
Vaccineren:
Groepsbescherming is vooral belangrijk voor jonge kinderen en kwetsbare mensen.
In Nederland kunnen kinderen meedoen aan het Rijksvaccinatieprogramma. Via dit programma kunnen zij vaccinaties (inentingen) krijgen tegen verschillende ziektes. U ontvangt hiervoor een uitnodiging van het consultatiebureau. Een jeugdarts of verpleegkundige bespreekt de vaccinaties met u.
Wilt u meer informatie over de verschillende vaccinaties? Kijk op onze pagina over vaccineren. Of op de website van het Rijksvaccinatieprogramma.
Misschien vraagt u zich af wat er precies in een vaccin zit, of hoe veilig het is.
Vaccins zijn goed onderzocht. Ze zijn veilig en werken goed. Ernstige bijwerkingen zijn erg zeldzaam. Vaccineren zorgt er juist voor dat ernstige ziektes minder vaak voorkomen.
Wilt u meer weten? Bekijk dan de informatie op onze pagina over vaccineren. Lees op de website van het Rijksvaccinatieprogramma wat er in een vaccin zit. Antwoorden op andere veelgestelde vragen over vaccinaties vindt u ook op de website van het Rijksvaccinatieprogramma.
Soms heeft u een vaccinatie nodig voor:
Kijk voor meer informatie over vaccinaties en ziekte op reis op thuisarts.nl.
Uw apotheker zorgt ervoor dat u uw medicijnen goed en veilig kunt gebruiken. Het maakt niet uit of u een medicijn korte tijd of langdurig nodig heeft.
De apotheker controleert elk recept. Bijvoorbeeld: is het juiste medicijn voorgeschreven en meegegeven, is de dosering goed, kan het medicijn samen met andere medicijnen die u gebruikt. Als het nodig is, overlegt uw apotheker met uw huisarts of specialist.
Uw apotheker houdt bij welke medicijnen u gebruikt. U kunt in de apotheek altijd om een overzicht van uw medicijnen vragen. Dit kunt u bijvoorbeeld meenemen als u uw specialist bezoekt, in het ziekenhuis wordt opgenomen of naar het buitenland gaat.
Uw apotheker, huisarts en het ziekenhuis kunnen informatie over uw medicijnen met elkaar delen als dat nodig is voor uw behandeling. Dit mag alleen als U daar toestemming voor geeft.
Krijgt u een medicijn dat u in de afgelopen 12 maanden niet hebt gebruikt? Dan krijgt u extra uitleg over deze medicijnen.
De apotheker heeft daar hulpmiddelen voor. Als uw zorgverzekeraar toestemming geeft, kan uw apotheker uw medicijnen per dag en per tijdstip van inname in aparte zakjes voor u laten verpakken.
Heeft u vragen over uw medicijnen, of problemen met het gebruik? Bijvoorbeeld moeite met slikken van medicijnen, openmaken van de verpakking, of last van een vervelende bijwerking? Vraag uw apotheker om een persoonlijk gesprek. Hij kijkt dan samen met u welke mogelijkheden er zijn om uw probleem te verhelpen.
Uw apotheker en huisarts kunnen u uitnodigen voor een gesprek over uw medicijnen. Dit is mogelijk bij patiënten ouder dan 65 jaar die langdurig meer dan 5 medicijnen gebruiken. Samen met u bespreken ze of er verbetering mogelijk is. Als u bijvoorbeeld last hebt van bijwerkingen van een medicijn kan het soms vervangen worden door een ander medicijn.
Bij de apotheek kunt u terecht voor advies over medicijnen die u zonder recept (= zelfzorgmedicijnen) kunt kopen, voor verbandmiddelen en cosmetica. De apotheek kan zelfzorgmedicijnen voor u opnemen in uw medicatiedossier. Dan kan de apotheker controleren of u ze veilig samen met uw receptmedicijnen kunt gebruiken.
Bent u moeilijk ter been? Informeer bij uw apotheek of zij uw medicijnen bij u thuis kunnen bezorgen.
Vaccins
Vaccins beschermen u, uw kind en uw omgeving tegen besmettelijke ziektes. In een vaccin zit een kleine hoeveelheid van een virus of bacterie die dood of verzwakt is. Uw lichaam reageert daarop door antistoffen te maken. Deze antistoffen beschermen u tegen ziektes.
Komt u later in contact met de echte ziekte? Dan herkent uw lichaam die sneller. Het maakt dan opnieuw antistoffen aan. U wordt dan niet ziek, of veel minder ziek.
Er zijn verschillende soorten vaccins. Er zijn bijvoorbeeld vaccins die onderdeel uitmaken van het Rijksvaccinatieprogramma voor kinderen, zoals vaccins tegen difterie, kinkhoest, tetanus, polio, Hib-ziekten en hepatitis B. En het kinkhoestvaccin in het Rijksvaccinatieprogramma voor zwangeren. Er zijn ook vaccins voor als u op reis gaat naar een land waar bepaalde ziektes voorkomen. Bijvoorbeeld vaccins tegen tuberculose of meningokokken.
Laatst bijgewerkt KNMP: 13-06-2025
Deze tekst is geschreven door het Geneesmiddel Informatie Centrum van de KNMP. Hoewel bij het opstellen van de tekst uiterste zorgvuldigheid is betracht, is de KNMP niet aansprakelijk voor eventuele schade die zou kunnen voortvloeien uit enige onjuistheid in deze tekst.
