MedicijnenMono-Cedocard

Mono-Cedocard | isosorbidemononitraat

Werkzame stof: isosorbidemononitraat


Onderstaande tekst gaat over de werkzame stof isosorbidemononitraat.

MedicijnenMono-Cedocard

Mono-Cedocard

Werkzame stof: isosorbidemononitraat


Onderstaande tekst gaat over de werkzame stof isosorbidemononitraat.

Belangrijkste zakenWaarbij gebruik ik het?Mogelijke bijwerkingenHoe gebruik ik dit?Een keer vergeten, wat nu?Mag ik autorijden, alcohol drinken, alles eten?Gebruik met andere medicijnenGebruik bij zwangerschap of borstvoedingMag ik zomaar stoppen?Onder welke namen verkrijgbaar?Heb ik een recept nodig?
    • Isosorbidemononitraat maakt uw bloedvaten wijder. Hierdoor heeft uw hart minder zuurstof nodig.
    • Om aanvallen van angina pectoris (hartkramp, een pijnlijk en drukkend gevoel op uw borst) te voorkomen.
    • Gewone tabletten: zorg dat er minder dan 6 uur tussen de tabletten zit. Neem uw laatste tablet niet later in dan het avondeten.
    • Tabletten of capsules met vertraagde afgifte: heel doorslikken zonder te kauwen. Het liefst in de ochtend. Heeft u moeite met slikken? U mag de capsule ook openen. Neem de korreltjes heel in zonder te kauwen.
    • Bijwerkingen: kloppende of bonzende hoofdpijn, blozen of een rode huid. Blijft u last houden? Overleg dan met uw apotheker of arts.
    • Wilt u stoppen met dit medicijn? Stop dan niet in één keer, maar bouw het langzaam af. Overleg met uw arts of apotheker.
    • Bent u zwanger? Of wilt u zwanger worden? Vraag aan uw arts of apotheker of u dit medicijn mag gebruiken. Het is niet zeker of dit medicijn veilig is voor zwangere vrouwen.
    • Geeft u borstvoeding? Het is niet bekend of dit medicijn in de moedermelk komt. En of het slecht voor de baby is. Vraag aan uw arts of apotheker of u dit medicijn mag gebruiken.

    Download de samenvatting

     

    • Isosorbidemononitraat maakt uw bloedvaten wijder.

      Artsen schrijven het voor bij angina pectoris (hartkramp).

      • Bij hartkramp komt er te weinig bloed in de hartspier. De hartspier krijgt hierdoor een tekort aan zuurstof. Dit zuurstofgebrek veroorzaakt aanvallen van pijn of benauwdheid op de borst.

        Behandeling
        Als u af en toe een aanval heeft, zal de arts in eerste instantie een middel voorschrijven om een aanval op te heffen. Heeft u meer dan twee aanvallen per week, dan schrijft de arts meestal een medicijn voor om aanvallen te voorkomen, bijvoorbeeld dit medicijn.

        Dit medicijn voorkomt aanvallen van angina pectoris. Het verwijdt de bloedvaten, met name de vaten die het bloed naar het hart toe leiden. Daardoor staat er minder druk op het bloed dat het hart binnenstroomt. Het hart hoeft dan minder hard te werken en verbruikt minder zuurstof.

        Effect
        U merkt dat u minder aanvallen krijgt van pijn op de borst. U kunt meer lichamelijke inspanning aan en voelt zich minder snel vermoeid.

        Deze tabletten zijn niet geschikt om een aanval van angina pectoris op te heffen. Daar zijn andere, veel sneller werkende middelen voor.

        De gewone tabletten beginnen binnen 1 uur te werken. De tabletten en capsules met vertraagde afgifte ('durettes' of 'retard') beginnen binnen 4 uur te werken.  De tabletten en capsules met vertraagde afgifte werken langer dan de gewone tabletten. Ze geven de werkzame stof geleidelijk aan het lichaam af.

      • Behalve het gewenste effect kan dit medicijn bijwerkingen geven.

        De belangrijkste bijwerkingen zijn de volgende:

        Soms (bij 10 tot 30 op de 100 mensen)

        • Kloppende, bonzende hoofdpijn, blozen en een rode huid.

          Bij mensen met aanleg voor migraine kan dit middel een aanval uitlokken. Deze bijwerkingen zijn meestal voorbijgaand van aard. Na een week heeft u er minder last van. Blijft u last houden? Raadpleeg dan uw arts.

        Zelden (bij 1 tot 10 op de 100 mensen)

        • Duizeligheid, neiging tot flauwvallen en hartkloppingen, vooral bij te snel opstaan.

          Dit komt doordat de bloeddruk daalt. Als u zich duizelig voelt, sta dan niet te snel op van een stoel of uit bed. Bij duizeligheid kunt u het beste even gaan liggen en de benen wat hoger leggen, bijvoorbeeld op een kussen. Deze bijwerkingen zijn meestal voorbijgaand van aard. Na enkele weken heeft u er minder last van. Blijft u last houden? Raadpleeg dan uw arts.

        • Maagdarmklachten, zoals misselijkheid. Zeer zelden braken of diarree.

        • Vermoeidheid en een gevoel van zwakte.

        Zeer zelden (bij minder dan 1 op de 100 mensen)

        • Zuurbranden, doordat het maagzuur gemakkelijker in de slokdarm komt. Mensen die als last hebben van slokdarmontsteking hebben meer kans op klachten.

          Raadpleeg uw arts als deze klachten toenemen.

        • Overgevoeligheid voor dit medicijn. Dit merkt u aan huiduitslag, rode plekken en jeuk. Raadpleeg bij deze verschijnselen uw arts. Een ernstige overgevoeligheid is te merken aan benauwdheid of zwellingen in het gezicht, de mond, lippen, keel en tong. Waarschuw dan onmiddellijk een arts of ga naar de Eerste-Hulppost. Ook kan er ernstige huidaandoening ontstaan met blaren op de huid, waarschuw dan ook direct een arts.

          Geef aan de apotheker door dat u overgevoelig bent voor dit medicijn. Het apotheekteam kan er dan op letten dat u het niet opnieuw krijgt.

        • Mensen met het Brugada-syndroom, een erfelijke hartaandoening, hebben mogelijk een grotere kans op hartritmestoornissen.

          Overleg met uw arts. Mogelijk kunt u overstappen op een ander medicijn. Als u dit medicijn toch moet gebruiken, zal uw arts u extra onder controleren.


        Neem contact op met uw apotheker of arts als u te veel last heeft van deze of andere bijwerkingen waar u zich zorgen over maakt.


        Heeft u last van een bijwerking? Meld dit dan bij het bijwerkingencentrum lareb. Hier worden alle meldingen over bijwerkingen van medicijnen in Nederland verzameld. Ik wil een bijwerking melden

        • Regelmatig: bij meer dan 30 op de 100 mensen
          Soms: bij 10 tot 30 op de 100 mensen
          Zelden: bij 1 tot 10 op de 100 mensen
          Zeer zelden: bij minder dan 1 op de 100 mensen
          • Kijk voor de juiste dosering altijd op het etiket van de apotheek.

            Hoe?

            • Gewone tabletten: innemen met wat water. U mag deze tabletten eventueel breken of kauwen.
            • Tabletten met vertraagde afgifte, te herkennen aan 'retard', 'durette', of 'MGA': slik de tablet in zijn geheel door, zonder te kauwen, omdat anders onbedoeld al het werkzame bestanddeel in één keer vrijkomt. De tabletten zijn zo gemaakt, dat ze langzaam oplossen, waardoor ze minder bijwerkingen geven en langer werken.
            • Capsules met vertraagde afgifte, te herkennen aan 'retard': slik de capsule in zijn geheel door met water, zonder te kauwen. Als u hier moeite mee heeft, kunt u de capsule openen. Neem de korreltjes dan wel in zonder te kauwen. Als u de korreltjes stuk kauwt kan de werkzame stof te snel vrij komen. De korrels zijn namelijk zo gemaakt dat ze de werkzame stof langzaam afgeven.

            Wanneer?
            Neem de tabletten in op vaste tijdstippen, bij voorkeur tijdens of na het eten. Dan vergeet u minder snel een dosis.

            Het effect neemt af wanneer de werkzame stof voortdurend (24 uur) in uw bloed aanwezig is. Daarom is het belangrijk dat u elke dag een 'nitraatvrije' periode heeft van ongeveer 12 uur. In deze periode zit er geen of weinig werkzame stof in uw bloed. Omdat de meeste mensen 's nachts het minst last hebben van een aanval, kiezen de meesten voor de nitraatvrije periode meestal de nacht en zo mogelijk ook nog een deel van de avond. Als u overdag of 's avonds het minste last van aanvallen heeft, kunt u in overleg met de arts ook een andere tijd kiezen.

            Als u voor de avond kiest, moet u de laatste tablet van de dag op zijn laatst bij het avondeten innemen. De nitraatvrije periode eindigt met het innemen van de eerste tablet op de volgende dag. Tijdens deze nitraatvrije periode is uw hart minder beschermd tegen inspanning.

            Een gebruikelijk innameschema is:

            • als u dit medicijn 1 keer per dag gebruikt: 's ochtends;
            • als u dit medicijn 2 keer per dag gebruikt: om 08.00 en 16.00 uur;
            • als u dit medicijn 3 keer per dag gebruikt: om 08.00, 12.00 en 17.00 uur.

            Hoe lang?
            Als dit medicijn goed bij u werkt, moet u het waarschijnlijk uw leven lang gebruiken.

            • Het is belangrijk dit medicijn elke dag op de geadviseerde tijdstippen in te nemen. Mocht u toch een dosis zijn vergeten, sla de vergeten dosis dan over. Neem de eerstvolgende dosis op het normale tijdstip in en houd vervolgens het normale schema aan.

              Natuurlijk kan het voorkomen dat u uw medicijn een keer vergeet in te nemen. Let erop dat u toch elke dag zo goed mogelijk aan uw medicijnen denkt, zodat u bijna elke dag een voldoende lange nitraatvrije periode heeft. Vergeet u regelmatig een dosis, vraag uw apotheker dan om advies. Uw apotheker kan met u bespreken welke hulpmiddelen er zijn om u hierbij te helpen.

              • autorijden?
                De eerste dagen dat u dit medicijn gebruikt, kunt u duizelig zijn. Dit komt doordat uw lichaam zich nog moet instellen op de lagere bloeddruk. Na enkele dagen is dat meestal weer over en is autorijden geen probleem.

                alcohol drinken?
                Alcohol verwijdt de bloedvaten, net als dit medicijn. U kunt daardoor wat last krijgen van duizeligheid. Probeer het drinken van alcohol eerst met mate uit. U kunt dan zelf inschatten of u hier veel last van krijgt. In het algemeen is enkele keren per week een glas wijn geen probleem.

                alles eten?
                Bij dit medicijn zijn hiervoor geen beperkingen.

                • Dit medicijn heeft wisselwerkingen met andere medicijnen. In de tekst hieronder staan alleen de werkzame stoffen van deze medicijnen, dus niet de merknamen. Of uw medicijn een van die werkzame stoffen bevat, kunt u nagaan in uw bijsluiter onder het kopje 'samenstelling'.

                  De medicijnen waarmee de belangrijkste wisselwerkingen optreden, zijn de volgende.

                  • De medicijnen sildenafil, avanafil, tadalafil en vardenafil. Als u deze medicijnen tegelijkertijd met isosorbidemononitraat gebruikt kunt u plotselinge en lang aanhoudende lage bloeddruk krijgen. Neem bij pijn op de borst contact op met uw arts.
                    Als u sildenafil, avanafil, tadalafil of vardenafil gebruikt voor erectiestoornissen:
                    • Heeft u isosorbidemononitraat gebruikt en wilt u nu sildenafil, avanafil, tadalafil of vardenafil gebruiken? Wacht ten minste 24 uur voor u sildenafil, avanafil, tadalafil of vardenafil gebruikt.
                    • Heeft u sildenafil of vardenafil gebruikt en wilt u nu isosorbidemononitraat gebruiken? Wacht ten minste 24 uur voor u isosorbidemononitraat gebruikt.
                    • Heeft u avanafil gebruikt en wilt u nu isosorbidemononitraat gebruiken? Wacht ten minste 12 uur voor u isosorbidemononitraat gebruikt.
                    • Heeft u tadalafil gebruikt en wilt u nu isosorbidemononitraat gebruiken? Wacht ten minste 48 uur voor u isosorbidemononitraat gebruikt.
                      Gebruikt u sildenafil, avanafil, tadalafil of vardenafil voor een andere aandoeningen, zoals pulmonale hypertensie (verhoogde bloeddruk in de longen) of een vergrote prostaat? Overleg met uw arts. Mogelijk schrijft hij een ander medicijn voor.

                  Twijfelt u eraan of bovenstaande wisselwerking voor u van belang is? Neem dan contact op met uw apotheker of arts.

                  • Zwangerschap
                    Over het gebruik van dit medicijn tijdens de zwangerschap is nog te weinig bekend om met zekerheid te kunnen stellen dat het veilig is. Meld het in elk geval uw arts en apotheker zodra u zwanger bent of dit binnenkort wilt worden. Zo mogelijk kunt u (tijdelijk) overstappen op een ander medicijn.

                    Borstvoeding
                    Wilt u borstvoeding geven, overleg dan met uw arts. Dit medicijn komt namelijk in de moedermelk terecht. Bij chronisch gebruik kan het bijwerkingen bij het kind geven. Mogelijk kan de arts u (tijdelijk) een ander medicijn voorschrijven, waarvan wel bekend is dat u het veilig kunt gebruiken.

                    Gebruikt u medicijnen op recept of die u zonder recept koopt? Wilt u helpen om de kennis over medicijngebruik tijdens zwangerschap en borstvoeding te vergroten? Meld dan uw ervaring bij Moeders van Morgen.

                    • U kunt niet in één keer stoppen. De dosering moet zeer geleidelijk worden afgebouwd. Anders heeft u kans op juist een toename van het aantal aanvallen van hartkramp.

                      Stop of verander de dosering alleen in overleg met uw arts. Uw arts kan u dan nauwgezet controleren.

                      • De werkzame stof isosorbidemononitraat zit in de volgende producten:
                        • Ja, u heeft een recept nodig.

                          Isosorbidemononitraat is sinds 1981 internationaal op de markt. Het is op recept verkrijgbaar onder de merknamen Mono-Cedocard, Promocard en als het merkloze Isosorbidemononitraat. Het is te verkrijgen in tabletten en in capsules.

                          Er zijn tabletten die het middel direct aan het lichaam afgeven en tabletten en capsules met vertraagde afgifte (retardtabletten en retardcapsules).

                          Laatst bijgewerkt op 14-12-2022

                          Disclaimer

                          Deze tekst is opgesteld door het Geneesmiddel Informatie Centrum van de KNMP. Deze tekst is gebaseerd op de bijsluiter van het beschreven medicijn en op andere, wetenschappelijke bronnen. Zoals medische richtlijnen, standaarden en literatuur. Bent u benieuwd hoe het apotheek.nl-team dit doet? Bekijk dan de video. Hoewel bij het opstellen van de tekst uiterste zorgvuldigheid is betracht, is de KNMP niet aansprakelijk voor eventuele schade die zou kunnen voortvloeien uit enige onjuistheid in deze tekst. De officiële bijsluiter van dit medicijn vindt u bij het College ter Beoordeling van Geneesmiddelen op: www.cbg-meb.nl.

                          Vond u deze informatie nuttig?

                          Vind een apotheek

                          Wilt u meer weten, of heeft u een vraag over uw eigen situatie? Dan raden wij u aan naar uw eigen apotheek te gaan. Uw eigen apotheker is op de hoogte van uw persoonlijke omstandigheden en kan u uitgebreid begeleiden bij uw medicijngebruik. Bent u niet in de buurt van uw eigen apotheek, dan kunt u hier ook andere apotheken vinden.
                          Vind een apotheek blob

                          Vraag het de webapotheker

                          Vraag het de webapotheker

                          Vraag het de webapotheker

                          Het beste advies krijgt u bij uw eigen apotheek. Daar ontvangt u de zorg en begeleiding die is afgestemd op uw persoonlijke situatie. Mocht dit niet mogelijk zijn, dan kunt u een vraag stellen aan de webapotheker. Een team van apothekers beantwoordt uw vraag in principe binnen enkele werkdagen.

                          Meldpunt medicijnen

                          Werkt uw medicijn heel goed of juist niet? Wordt uw medicijn niet vergoed? Of heeft u last van een bijwerking? Meld uw ervaring
                          Informatie wordt bijgewerkt: