MedicijnenInnohep

Innohep | tinzaparine

Werkzame stof: tinzaparine


Onderstaande tekst gaat over de werkzame stof tinzaparine.

MedicijnenInnohep

Innohep

Werkzame stof: tinzaparine


Onderstaande tekst gaat over de werkzame stof tinzaparine.

Belangrijkste zakenWaarbij gebruik ik het?Mogelijke bijwerkingenHoe gebruik ik dit?Een keer vergeten, wat nu?Mag ik autorijden, alcohol drinken, alles eten?Gebruik met andere medicijnenGebruik bij zwangerschap of borstvoedingGebruik bij slechte nieren of leverGebruik bij ernstig overgewicht of na maagverkleiningMag ik zomaar stoppen?Onder welke namen verkrijgbaar?Heb ik een recept nodig?
    • Tinzaparine zorgt ervoor dat bloed minder makkelijk samenklontert (antistollingsmedicijn). Hierdoor heeft u minder kans op trombose.
    • Om een trombosebeen te behandelen en om trombose te voorkomen bij bedlegerige mensen, dialyse, en na een operatie.
    • Meestal leert u de injectie zelf toe te dienen vlak onder de huid. Laat de luchtbel in de spuit zitten. Vraag eventueel uw apotheek om toelichting.
    • U gebruikt dit medicijn meestal 7 tot 10 dagen na de operatie. Trombose of longembolie: minimaal 5 dagen. Soms gaat u na tinzaparine over op tabletten tegen trombose.
    • Door tinzaparine elke dag te gebruiken, verkleint u de kans op trombose, een beroerte of longembolie.
    • Bloedingen komen voor. U krijgt dan sneller blauwe plekken of een inwendige bloeding. Krijgt u grote blauwe plekken, bloed in de ontlasting of urine of ineens zware hoofdpijn? Waarschuw direct uw arts.
    • Wisselwerkingen met andere middelen. Laat uw apotheker controleren of u tinzaparine veilig kunt gebruiken met uw andere medicijnen, ook medicijnen die u zonder recept heeft gekocht.
    • Tinzaparine is een antistollingsmiddel.

      Artsen schrijven het voor bij trombose en om trombose te voorkomen.

      • Als er schade is aan bloedvaten, kunnen we bloed verliezen. Als reactie klontert het bloed samen en vormt een bloedstolsel. Het bloedstolsel repareert de schade aan het bloedvat. Hierdoor stopt het bloeden.
        Maar het bloedstolsel kan ook los raken van het bloedvat en in het bloed komen. Via het bloed kan het bloedstolsel ergens anders komen en een kleiner bloedvat afsluiten. Als dit bloedstolsel een bloedvat in het been afsluit, spreken we van een trombosebeen.
        Bij een trombosebeen kan het bloed minder goed stromen en krijgt het been te weinig bloed. Ook kan een ader helemaal afgesloten zijn. Uw onderbeen kan dan dik, rood en pijnlijk zijn.

        Oorzaak
        Bloedstolsels kunnen ontstaan in ruwe, ontstoken of beschadigde bloedvaten. Dit kan bijvoorbeeld bij ernstige aderverkalking (atherosclerose). Ook na operaties, bij kunstmatige hartkleppen of vaatprothesen kunnen bloedstolsels ontstaan. Zo`n bloedstolsel kan een bloedvat afsluiten, met soms ernstige gevolgen. Ook kan de bloedstroom losgeraakte stukjes bloedstolsel meevoeren die  verderop een bloedvat in het been afsluiten.

        Werking
        Tinzaparine voorkomt de vorming van bloedstolsels. Van de werking van tinzaparine voelt u zelf niets.
        Als u begint met tinzaparine, voorkomt tinzaparine meteen de vorming van bloedstolsels.

        • Als er schade is aan bloedvaten, kunnen we bloed verliezen. Als reactie klontert het bloed samen en vormt een bloedstolsel. Het bloedstolsel repareert de schade aan het bloedvat. Hierdoor stopt het bloeden.
          Maar het bloedstolsel kan ook los raken van het bloedvat en in het bloed komen. Via het bloed kan het bloedstolsel ergens anders komen en een kleiner bloedvat afsluiten. Als dit bloedstolsel een bloedvat in de longen afsluit, spreken we van een longembolie.
          Bij een longembolie kan het bloed minder goed stromen en krijgen de longen te weinig bloed. Ook kan een ader helemaal afgesloten zijn. U gaat dan sneller ademen en heeft pijn met ademen. Ook kan het zijn dat u slijm met een beetje bloed ophoest.

          Oorzaak
          Bloedstolsels kunnen ontstaan in ruwe, ontstoken of beschadigde bloedvaten. Dit kan bijvoorbeeld bij ernstige aderverkalking (atherosclerose). Ook na operaties, bij kunstmatige hartkleppen of vaatprothesen kunnen bloedstolsels ontstaan. Zo`n bloedstolsel kan een bloedvat afsluiten, met soms ernstige gevolgen. Ook kan de bloedstroom losgeraakte stukjes bloedstolsel meevoeren, die verderop een bloedvat in de longen afsluiten.

          Werking
          Tinzaparine voorkomt de vorming van bloedstolsels. Van de werking van tinzaparine voelt u zelf niets.
          Als u begint met tinzaparine, voorkomt tinzaparine meteen de vorming van bloedstolsels.

        • Behalve het gewenste effect kan dit medicijn bijwerkingen geven.

          De belangrijkste bijwerkingen zijn de volgende:

          Zelden (bij 1 tot 10 op de 100 mensen)

          • Bloedingen. Dit komt doordat het bloed langzamer stolt en het dus langer duurt voordat een wondje stopt met bloeden. U kunt ook merken dat u sneller bloeduitstortingen of blauwe plekken krijgt, ook zonder dat u zich (hard) stoot. Als u een maag- of darmzweer heeft bestaat er een grotere kans op bloedingen die moeilijk te stoppen zijn. Het gebruik van een maagbeschermend middel kan dit risico verminderen. Overleg hierover met uw arts.

            Krijgt u ernstige uitwendige bloedingen, neem dan altijd zo snel mogelijk contact op met uw arts. 

          • Heeft u een bloedstollingsziekte? U heeft meer kans op bloedingen.

            Overleg met uw arts of apotheker voor u dit medicijn gaat gebruiken.

          • Irritatie of bloeduitstorting op de injectieplaats.

          • Bloedarmoede, u merkt dat onder andere aan een extreme vermoeidheid, een bleke huid en slijmvliezen.

            Raadpleeg dan uw arts.

          Zeer zelden (bij minder dan 1 op de 100 mensen)

          • Overgevoeligheid voor dit middel. Dit merkt u aan allergische huidreacties met jeuk of bultjes.

            Een ernstige overgevoeligheid is te merken aan benauwdheid of een opgezwollen gezicht. Raadpleeg bij deze verschijnselen uw arts. Geef aan de apotheek door dat u overgevoelig bent voor tinzaparine. Het apotheekteam kan er dan op letten dat u het middel niet opnieuw krijgt.

          • Haarverlies (tijdelijk).

          • Bloedafwijkingen, zoals een tekort aan bloedplaatjes.

          • In zeer zeldzame gevallen kan een ernstige huidaandoening ontstaan met blaarvorming. De blaren ontstaan met name op de lippen en op de slijmvliezen van de mond en geslachtsdelen.

            Neem dan direct contact op met uw arts.

          • Bij mannen: pijnlijke en lang aanhoudende erectie.

            Een erectie die langer dan drie uur duurt kan de zwellichamen en bloedvaten in de penis beschadigen. Neem contact op met een arts als de erectie langer dan drie uur duurt.

          Bij langdurig gebruik, langer dan drie maanden.

          • Botontkalking (osteoporose).

            Overleg met uw arts of in uw geval voorkomen van botontkalking met medicijnen, calcium of vitamines nodig is.


          Neem contact op met uw apotheker of arts als u te veel last heeft van deze of andere bijwerkingen waar u zich zorgen over maakt.


          Heeft u last van een bijwerking? Meld dit dan bij het bijwerkingencentrum lareb. Hier worden alle meldingen over bijwerkingen van medicijnen in Nederland verzameld. Ik wil een bijwerking melden

          • Regelmatig: bij meer dan 30 op de 100 mensen
            Soms: bij 10 tot 30 op de 100 mensen
            Zelden: bij 1 tot 10 op de 100 mensen
            Zeer zelden: bij minder dan 1 op de 100 mensen
            • Kijk voor de juiste dosering altijd op het etiket van de apotheek.

              Hoe?
              Dit medicijn geeft men via een injectie vlak onder de huid of via een infuus. Meestal kunt u de injectie onder de huid zelf leren toedienen.

              • Dien de injectie toe in de voor-, zij- of achterkant van uw middel of in de bovenbenen. Vermijd toedienen in de buurt van een wond, de navel of een litteken.
              • Verwijder het grijze beschermdopje van de wegwerpspuit. Verwijder NIET de luchtbel in de injectiespuit.
              • Neem een flinke huidplooi tussen duim en wijsvinger. Breng de naald loodrecht in zijn geheel in de huidplooi.
              • Druk de zuiger van de spuit langzaam in tot alle vloeistof is ingespoten. Trek de naald daarna terug en laat nu pas de huidplooi los.
              • Indien u ziet dat er een kleine bloeding op de plaats van injectie ontstaat kunt u het beste de plek met uw vingers enkele minuten dichtdrukken. Wrijf echter niet over de plek.
              • Gooi de spuit met naald weg in een speciale afvalcontainer. U kunt deze verkrijgen bij uw apotheek. Volle containers kunt u bij uw apotheek inleveren.

              Wanneer?
              U dient dit middel meestal een keer per dag toe. Kies een vast tijdstip, bijvoorbeeld 's ochtends om 08.00 uur en injecteer de volgende dosis steeds na 24 uur, dus de volgende dag om 08.00 uur.

              Hoe lang?
              Hoe lang u dit middel moet gebruiken, hangt af van uw situatie:

              • om trombose na operaties te voorkomen: meestal zeven tot tien dagen na de operatie of totdat u weer uit bed mag;
              • bij de behandeling van trombose in een ledemaat en bij longembolie: afhankelijk van de mate van stolling van het bloed, tenminste vijf dagen.

              In de meeste gevallen kan als dit nog nodig is de behandeling daarna worden voortgezet met andere middelen tegen trombose zoals de bloedverdunnende tabletten acenocoumarol of fenprocoumon of acetylsalicylzuur.

              • Het is belangrijk dat u dit medicijn consequent op de voorgeschreven tijden gebruikt. Mocht u toch een dosis vergeten zijn:
                U gebruikt dit middel 1 keer per dag: bij ontdekking binnen 4 uur na het vaste tijdstip kunt u de injectie alsnog toedienen. De volgende injectie neemt u weer op het vaste tijdstip. Als deze periode is verstreken, dan mag u de vergeten dosis niet zonder meer inhalen. Neem dan contact op met de arts. Deze kan u adviseren wat u in uw geval het beste kunt doen.

                • autorijden, alcohol drinken en alles eten?
                  Bij dit medicijn zijn hiervoor geen beperkingen.

                    • Andere middelen kunnen het effect op de bloedstolling versterken, zoals acetylsalicylzuur, acenocoumarol en fenprocoumon. Gebruik deze middelen alleen samen met tinzaparine als uw arts de combinatie bewust heeft voorgeschreven.
                    • De ontstekingsremmende pijnstillers, zoals ibuprofen, naproxen, diclofenac en acetylsalicylzuur in hoge dosering, verhogen de kans op bloedingen in maag en darmen. Gebruik daarom liever paracetamol als pijnstiller.
                    • Sommige medicijnen tegen kanker. Vraag aan uw apotheker om welke medicijnen dit gaat. Deze medicijnen verhogen de kans op bloedingen. Overleg hierover met uw arts.
                    • Zwangerschap
                      U kunt dit medicijn gebruiken tijdens de zwangerschap. Het medicijn is niet schadelijk voor het kind. Wel zult u meestal vlak voor de bevalling met dit medicijn moeten stoppen. Of verlaagt uw arts de dosering. Hierdoor is de kans op bloedingen kleiner. Overleg hierover met uw arts.


                      Borstvoeding
                      U kunt dit medicijn veilig gebruiken als u borstvoeding geeft. Dit medicijn komt niet in de moedermelk terecht.

                      Gebruikt u medicijnen op recept of die u zonder recept koopt? Wilt u helpen om de kennis over medicijngebruik tijdens zwangerschap en borstvoeding te vergroten? Meld dan uw ervaring bij Moeders van Morgen.

                      • Nieren

                        Werken uw nieren minder goed? Overleg dan met uw apotheker. Het kan zijn dat de dosering van uw medicijn aangepast moet worden.

                        Dialyseert u? De nieren hebben invloed op de werking van dit medicijn. Overleg met uw apotheker als u dialyseert.

                        Lever

                        Heeft u levercirrose? Overleg met uw arts. U kunt dit medicijn beter NIET gebruiken. Over het gebruik van dit medicijn bij levercirrose is nog weinig bekend. Daarom is niet zeker of dit medicijn gevolgen heeft voor de werking van uw lever, of dat levercirrose invloed heeft op de werking en bijwerkingen van dit medicijn. Mogelijk kunt u overstappen op een ander medicijn.

                        • Maagverkleining

                          Heeft u een maagverkleining gehad? U mag dit medicijn gebruiken, zoals uw arts heeft voorgeschreven. Over het gebruik van dit medicijn na een maagverkleining is nog weinig bekend. Maar er worden geen veranderingen verwacht in de werking en bijwerkingen van dit medicijn.

                          Ernstig overgewicht

                          Heeft u ernstig overgewicht? U mag dit medicijn gebruiken, zoals uw arts heeft voorgeschreven. Uw overgewicht heeft geen invloed op de werking en bijwerkingen van dit medicijn.

                          Als u niet weet of u ernstig overgewicht heeft, dan kunt u dit uitrekenen. Namelijk door uw BMI (Body Mass Index) te berekenen. Dit getal geeft aan of uw gewicht past bij uw lengte. Ga hiervoor naar de BMI-meter en vul uw gewicht en lengte in. Is uw BMI 40 of meer? Of is uw BMI 35 of meer en heeft u ook andere problemen met uw gezondheid, zoals een hoge bloeddruk of diabetes type 2 (suikerziekte). Dan heeft u ernstig overgewicht.

                          • U kunt op elk moment in één keer stoppen met het gebruik van dit medicijn. Stop echter alleen als uw arts dat adviseert. Het remmende effect op de bloedstolling houdt na de laatste dosis nog ongeveer een dag aan.

                            • De werkzame stof tinzaparine zit in de volgende producten:
                              • Tinzaparine is sinds 1991 internationaal op de markt. Het is op recept verkrijgbaar onder de merknaam Innohep in injecties.

                                Laatst bijgewerkt op 20-07-2020

                                Disclaimer

                                Deze tekst is opgesteld door het Geneesmiddel Informatie Centrum van de KNMP. Deze tekst is gebaseerd op de bijsluiter van het beschreven medicijn en op andere, wetenschappelijke bronnen. Zoals medische richtlijnen, standaarden en literatuur. Bent u benieuwd hoe het apotheek.nl-team dit doet? Bekijk dan de video. Hoewel bij het opstellen van de tekst uiterste zorgvuldigheid is betracht, is de KNMP niet aansprakelijk voor eventuele schade die zou kunnen voortvloeien uit enige onjuistheid in deze tekst. De officiële bijsluiter van dit medicijn vindt u bij het College ter Beoordeling van Geneesmiddelen op: www.cbg-meb.nl.

                                Vond u deze informatie nuttig?

                                Vind een apotheek

                                Wilt u meer weten, of heeft u een vraag over uw eigen situatie? Dan raden wij u aan naar uw eigen apotheek te gaan. Uw eigen apotheker is op de hoogte van uw persoonlijke omstandigheden en kan u uitgebreid begeleiden bij uw medicijngebruik. Bent u niet in de buurt van uw eigen apotheek, dan kunt u hier ook andere apotheken vinden.
                                Vind een apotheek blob

                                Vraag het de webapotheker

                                Vraag het de webapotheker

                                Vraag het de webapotheker

                                Het beste advies krijgt u bij uw eigen apotheek. Daar ontvangt u de zorg en begeleiding die is afgestemd op uw persoonlijke situatie. Mocht dit niet mogelijk zijn, dan kunt u een vraag stellen aan de webapotheker. Een team van apothekers beantwoordt uw vraag in principe binnen enkele werkdagen.

                                Meldpunt medicijnen

                                Werkt uw medicijn heel goed of juist niet? Wordt uw medicijn niet vergoed? Of heeft u last van een bijwerking? Meld uw ervaring
                                Informatie wordt bijgewerkt: