MedicijnenDuotrav

Duotrav | timolol met travoprost oogdruppels

Werkzame stof: timolol met travoprost oogdruppels


Onderstaande tekst gaat over de werkzame stof timolol met travoprost oogdruppels.

MedicijnenDuotrav

Duotrav

Werkzame stof: timolol met travoprost oogdruppels


Onderstaande tekst gaat over de werkzame stof timolol met travoprost oogdruppels.

Waarbij gebruik ik het?Mogelijke bijwerkingenHoe gebruik ik dit?Een keer vergeten, wat nu?Mag ik autorijden, alcohol drinken, alles eten?Gebruik met andere medicijnenGebruik bij zwangerschap of borstvoedingMag ik zomaar stoppen?Onder welke namen verkrijgbaar?Heb ik een recept nodig?
  • Timolol behoort tot de bètablokkers. Travoprost behoort tot de prostaglandines.
    In oogdruppels verlagen bètablokkers en prostaglandines de druk in het oog.

    Artsen schrijven de combinatie voor bij glaucoom.

    • Glaucoom is een beschadiging van de oogzenuw in het netvlies. De oorzaak is meestal een verhoogde druk in de oogbol. Deze ligt normaal tussen de 10 en 22 millimeter kwikdruk.

      Verschijnselen
      In het begin merkt u niets van glaucoom. Na verloop van tijd kunt u aan de randen van het gezichtsveld steeds minder zien.

      Onbehandeld leidt glaucoom meestal tot een pijnlijk oog met steeds meer gezichtsverlies, waarbij het lijkt of u door een koker kijkt. Glaucoom kan uiteindelijk tot blindheid leiden.

      Behandeling
      Uw arts schrijft timolol met travoprost voor als andere medicijnen of als deze medicijnen afzonderlijk niet voldoende werken of niet gebruikt kunnen worden.

      Werking

      Dit medicijn verlaagt de druk in het oog doordat het de hoeveelheid vloeistof in het oog vermindert. Travoprost en timolol versterken elkaar daarbij.

      Effect
      Na een aantal weken is het volledige effect van dit medicijn bereikt. Zelf merkt u de werking van dit medicijn niet. Daarom zal uw arts uw oogboldruk regelmatig meten.

    • Behalve het gewenste effect kan dit medicijn bijwerkingen geven.

      De belangrijkste bijwerkingen zijn de volgende:

      Soms (bij 10 tot 30 op de 100 mensen)

      • Wazig zien

        Dit gaat meestal vanzelf over. Raadpleeg uw arts als deze klachten blijven bestaan.

      Zelden (bij 1 tot 10 op de 100 mensen)

      • Rode geïrriteerde ogen, pijn in het oog, zwelling en roodheid van het ooglid

        Raadpleeg dan uw arts.

      • Brandend en prikkelend gevoel in het oog vlak na het indruppelen

        Dit gaat meestal vanzelf over. Raadpleeg uw arts als deze klachten blijven bestaan.

      • Droge ogen

        Vooral mensen die contactlenzen dragen kunnen hier last van krijgen. De contactlenzen kunnen dan eerder irriteren. Houd ze in dat geval minder lang in of gebruik bevochtigende oogdruppels (kunsttranen).

      • Overige oogklachten, zoals irritatie, jeuk, korstjes op de wimpers, vermoeide ogen, het gevoel dat er een vuiltje in het oog zit, last van fel licht, tranende ogen.

        Deze bijwerkingen gaan meestal vanzelf over. Raadpleeg uw arts als deze klachten blijven bestaan.

      • Verandering van de oogwimpers. Toename van het aantal wimpers, de dikte, de lengte en de kleur van de wimpers.

      • Donkere verkleuring van de huid rond de ogen

      • Overgevoeligheid voor dit medicijn. Dit merkt u aan jeukende, pijnlijke en rode ogen, maar u kunt het ook elders merken aan huiduitslag, galbulten en jeuk.

        Gebruik dit medicijn dan niet meer. Een ernstige overgevoeligheid is te merken aan benauwdheid of een opgezwollen gezicht. Ga dan onmiddellijk naar een arts. In beide gevallen mag u dit medicijn in de toekomst niet meer gebruiken. Geef daarom aan de apotheek door dat u overgevoelig bent voor dit medicijn. Het apotheekteam kan er dan op letten dat u dit medicijn of soortgelijke medicijnen niet opnieuw krijgt.

      Zeer zelden (bij minder dan 1 op de 100 mensen)

      • Dubbelzien

      • Keelirritatie, hoesten, gevoel van druppels achterin de keel

      • Bij gedeeltelijk bruine ogen kan de kleur veranderen, vooral lichtbruine of groen-, blauw- of geelbruine ogen kunnen donkerder worden.

        Dit kan blijvend zijn.


      Bijwerkingen in de rest van het lichaam
      De oogdruppels kunnen ook in de rest van het lichaam terechtkomen. Via de traanbuisjes bestaat er namelijk een verbinding tussen de oogslijmvliezen en de neusholte. Vanuit de neusholte wordt het medicijn opgenomen in het bloed en kan zich zo verspreiden. Het heeft dan een werking op het hart en de bloedvaten.

      Heeft u last van onderstaande bijwerkingen laat dan in de apotheek controleren of u goed druppelt. U vermindert namelijk de kans op deze bijwerkingen door de traankanaaltjes na het druppelen dicht te drukken. Zie hiervoor de vraag 'Hoe moet ik dit medicijn gebruiken?' Neem contact op met uw arts al u toch last blijft houden van deze bijwerkingen. Mogelijk helpt het dichtdrukken van de traankanaaltjes bij u onvoldoende.

      Zelden (bij 1 tot 10 op de 100 mensen)

      • Hoofdpijn

      Zeer zelden (bij minder dan 1 op de 100 mensen)

      • Duizeligheid, kortademigheid, vermoeidheid, pijn in handen en voeten, maagdarmklachten, zoals misselijkheid of maagpijn, slapeloosheid of stemmingsveranderingen

      Van de volgende aandoeningen kunt u extra last krijgen als te veel van het medicijn in het bloed komt. Neem contact op met uw arts als uw klachten verergeren.

      • Astma, COPD, hartaandoeningen, de huidziekte psoriasis, de ziekte van Raynaud (extreem koude vingers en tenen) en de spierziekte myasthenia gravis

      • Syndroom van Sjögren, een aandoening waarbij de slijmvliezen van onder andere ogen en mond droger zijn dan normaal.

        Dit medicijn vermindert de aanmaak van traanvocht en speeksel. Mogelijk is een ander medicijn geschikter.

      • Bij diabetes merkt u een 'hypo' minder snel op, doordat dit medicijn de hartkloppingen tegengaat die een van de verschijnselen zijn van een hypo. Controleer daarom vaker uw bloedglucose.

      • De concentratie cholesterol en vetten in het bloed kan verhoogd worden. Een bepaald soort vetten, triglyceriden, kan zich ophopen in de bloedvaten. Als u al een te hoog cholesterol en/of vetgehalte in uw bloed heeft, is het beter niet meer dan 1 druppel per keer te gebruiken.


      Neem contact op met uw apotheker of arts als u te veel last heeft van deze of andere bijwerkingen waar u zich zorgen over maakt.


      Heeft u last van een bijwerking? Meld dit dan bij het bijwerkingencentrum lareb. Hier worden alle meldingen over bijwerkingen van medicijnen in Nederland verzameld. Ik wil een bijwerking melden

      • Regelmatig: bij meer dan 30 op de 100 mensen
        Soms: bij 10 tot 30 op de 100 mensen
        Zelden: bij 1 tot 10 op de 100 mensen
        Zeer zelden: bij minder dan 1 op de 100 mensen
        • Kijk voor de juiste dosering altijd op het etiket van de apotheek.

          Hoe?

          • Was uw handen met water en zeep en droog ze goed af met een papieren handdoekje of keukenrol.
          • Als u contactlenzen draagt: haal harde of zachte lenzen uit uw oog voor u de oogdruppels gebruikt. Het hangt af van het soort conserveermiddel of u uw contactlenzen tussen de toedieningen door weer kunt indoen. Er zijn namelijk conserveermiddelen die zachte contactlenzen kunnen beschadigen. Kijk hiervoor in de bijsluiter van de verpakking. Harde contactlenzen kunt u eventueel 10 minuten na toedienen van de druppels weer indoen.
          • Neem plaats op een stoel of een bank.
          • Schroef het dopje van flesje en leg het dopje op de zijkant.
          • Neem het flesje in uw hand alsof u een pen vasthoudt.
          • Trek voorzichtig met de vingertoppen van uw andere hand het onderste ooglid naar beneden, zodat er een 'gootje' ontstaat.
          • Buig het hoofd achterover en kijk recht omhoog.
          • Zet de hand met het flesje op de hand die het gootje maakt.
          • Breng het flesje boven het omlaag getrokken ooglid (het gootje). Zorg ervoor dat het flesje uw oog, ooglid of wimpers niet raakt, anders bederven de oogdruppels sneller.
          • Knijp in het flesje en laat één druppel in het gootje vallen.
          • Buig uw hoofd terug en doe voorzichtig uw oog dicht.
          • De werkzame stof in deze oogdruppels kan te snel uit het oog verdwijnen doordat het via het traankanaaltje in de neusholte wegloopt. Druk daarom deze kanaaltjes na het indruppelen één minuut dicht. Dit doet u door zachtjes uw vinger in de holling tussen het oog en de neus te duwen, net onder het bobbeltje in de hoek van uw oog.
          • Doe uw oog weer open.
          • Draai, na gebruik, de dop weer op het flesje.
          • Was uw handen nogmaals met water en zeep.
          • Vindt u het lastig om de druppel goed in het oog te krijgen? Vraag dan in de apotheek om een oogdruppelhulp. Met dit houdertje kunt u gemakkelijker in het oog druppelen.

          Bewaar de oogdruppels zoals op het etiket is aangegeven. De meeste flesjes met oogdruppels zijn na openen nog één maand houdbaar. U kunt op de verpakking noteren wanneer u het heeft geopend.

          Wanneer?
          Het beste kunt u een vast tijdstip kiezen om te druppelen. Hierdoor is de kans op vergeten kleiner. Gebruik de oogdruppels bij voorkeur 's avonds.

          Hoe lang?
          Het gebruik van deze oogdruppels is meestal langdurig, gedurende vele jaren. Alleen door een operatie kan er een nieuwe situatie ontstaan, waarbij deze oogdruppels misschien niet meer nodig zijn. U kunt dit met uw arts overleggen.

          • Is de dag nog niet om? Druppel dan alsnog. Is de dag wel voorbij, wacht dan tot de volgende dag en druppel op het gebruikelijke tijdstip.

            Druppel niet meer dan één keer per dag en gebruik zeker geen dubbele dosis.

            • autorijden?
              Na het indruppelen is het mogelijk dat u even wat wazig ziet. Dit gaat meestal binnen enkele minuten voorbij. Daarna kunt u autorijden. U kunt last hebben van fel licht. Draag in dat geval een zonnebril.

              alcohol drinken en alles eten?
              Bij dit medicijn zijn hiervoor geen beperkingen.

              • Dit medicijn heeft wisselwerkingen met andere medicijnen.

                In de tekst hieronder staan alleen de werkzame stoffen van deze medicijnen, dus niet de merknamen. Of uw medicijn een van die werkzame stoffen bevat, kunt u nagaan in uw bijsluiter onder het kopje 'samenstelling'.

                De medicijnen waarmee de belangrijkste wisselwerkingen optreden, zijn de volgende.

                • Andere oogdruppels of oogzalven. Wacht minstens vijf minuten tussen het indruppelen van de verschillende oogdruppels. Gebruikt u zowel een oogdruppel als een oogzalf of ooggel: gebruik dan eerst de druppel en vijf minuten later de oogzalf of ooggel. Als u twee soorten oogdruppels moet gebruiken: eerst de oogdruppel gebruiken waar u het minst last van heeft en als laatste de oogdruppel waarvan u de meeste irritatie na het indruppelen krijgt. Zo voorkomt u dat u door de eventuele tranenvloed de werkzame bestanddelen van de oogdruppels te snel 'uittraant'.

                Twijfelt u eraan of een van de bovenstaande wisselwerkingen voor u van belang is? Neem dan contact op met uw apotheker of arts.

                • Zwangerschap
                  Over het gebruik van dit medicijn tijdens de zwangerschap is nog te weinig bekend. Daarom is niet zeker of dit medicijn altijd veilig is voor zwangere vrouwen en hun kind. Meld het aan uw arts en apotheker als u zwanger bent, of binnenkort wilt worden. Misschien kan uw arts een ander medicijn voorschrijven. Een medicijn waarvan wel bekend is dat u het veilig kunt gebruiken.
                  Als u dit medicijn gebruikt tijdens de zwangerschap is extra controle nodig. De arts zal bijvoorbeeld de hartslag, bloeddruk en bloedsuiker van de baby controleren. Als u samen met uw arts besluit dat u dit medicijn tijdens de zwangerschap kunt gebruiken, zorg er dan wel voor dat u na het druppelen de traankanaaltjes 1 minuut dichtdrukt. Er komt dan veel minder van dit medicijn in het bloed. Zie ook de instructie bij “Hoe moet ik dit medicijn gebruiken?”

                  Borstvoeding
                  U kunt dit medicijn veilig gebruiken als u borstvoeding geeft. Dit medicijn komt in een heel kleine hoeveelheid in de moedermelk. Dit is niet schadelijk voor de baby.
                  Wel moet u na het druppelen de traankanaaltjes een minuut dicht drukken. Hierdoor kan er zo min mogelijk medicijn in uw bloed en in de moedermelk terechtkomen. Zie ook “Hoe moet ik dit medicijn gebruiken?”

                  Gebruikt u medicijnen op recept of die u zonder recept koopt? Wilt u helpen om de kennis over medicijngebruik tijdens zwangerschap en borstvoeding te vergroten? Meld dan uw ervaring bij Moeders van Morgen.

                  • Het is niet verstandig in één keer met dit medicijn te stoppen. De druk in uw oog kan dan plotseling toenemen.

                    Als u geopereerd moet worden, moet u meestal met dit medicijn stoppen. Overleg met uw arts wat u in dit specifieke geval moet doen.

                    • De werkzame stof timolol met travoprost oogdruppels zit in de volgende producten:
                      • Timolol is sinds 1974 en travoprost is sinds 2001 internationaal op de markt. Deze combinatie is op recept verkrijgbaar in oogdruppels onder de merknaam Duotrav en als het merkloze Travoprost/Timolol.

                        Laatst bijgewerkt op 25-10-2022

                        Disclaimer

                        Deze tekst is opgesteld door het Geneesmiddel Informatie Centrum van de KNMP. Deze tekst is gebaseerd op de bijsluiter van het beschreven medicijn en op andere, wetenschappelijke bronnen. Zoals medische richtlijnen, standaarden en literatuur. Bent u benieuwd hoe het apotheek.nl-team dit doet? Bekijk dan de video. Hoewel bij het opstellen van de tekst uiterste zorgvuldigheid is betracht, is de KNMP niet aansprakelijk voor eventuele schade die zou kunnen voortvloeien uit enige onjuistheid in deze tekst. De officiële bijsluiter van dit medicijn vindt u bij het College ter Beoordeling van Geneesmiddelen op: www.cbg-meb.nl.

                        Vond u deze informatie nuttig?

                        Vind een apotheek

                        Wilt u meer weten, of heeft u een vraag over uw eigen situatie? Dan raden wij u aan naar uw eigen apotheek te gaan. Uw eigen apotheker is op de hoogte van uw persoonlijke omstandigheden en kan u uitgebreid begeleiden bij uw medicijngebruik. Bent u niet in de buurt van uw eigen apotheek, dan kunt u hier ook andere apotheken vinden.
                        Vind een apotheek blob

                        Vraag het de webapotheker

                        Vraag het de webapotheker

                        Vraag het de webapotheker

                        Het beste advies krijgt u bij uw eigen apotheek. Daar ontvangt u de zorg en begeleiding die is afgestemd op uw persoonlijke situatie. Mocht dit niet mogelijk zijn, dan kunt u een vraag stellen aan de webapotheker. Een team van apothekers beantwoordt uw vraag in principe binnen enkele werkdagen.

                        Meldpunt medicijnen

                        Werkt uw medicijn heel goed of juist niet? Wordt uw medicijn niet vergoed? Of heeft u last van een bijwerking? Meld uw ervaring
                        Informatie wordt bijgewerkt: