MedicijnenRevlimid

Revlimid | lenalidomide

Werkzame stof: lenalidomide


Onderstaande tekst gaat over de werkzame stof lenalidomide.

MedicijnenRevlimid

Revlimid

Werkzame stof: lenalidomide


Onderstaande tekst gaat over de werkzame stof lenalidomide.

Belangrijkste zakenWaarbij gebruik ik het?Mogelijke bijwerkingenHoe gebruik ik dit?Een keer vergeten, wat nu?Mag ik autorijden, alcohol drinken, alles eten?Gebruik met andere medicijnenGebruik bij zwangerschap of borstvoedingGebruik door man met kinderwensGebruik bij slechte nieren of leverMag ik zomaar stoppen?Onder welke namen verkrijgbaar?Heb ik een recept nodig?
    • Lenalidomide remt kanker.
    • Bij de ziekte van Kahler (multipel myeloom) en lymfeklierkanker (lymfoom).
    • De capsule heel doorslikken met een half glas water. Niet kauwen of stukmaken.
    • Bijwerkingen: u heeft meer kans op infecties, zoals longontsteking, blaasontsteking of huidinfecties en bloedingen. Raadpleeg dan meteen uw arts. Raadpleeg ook meteen uw arts bij koorts, keelpijn en blaren in de mond.
    • U kunt last krijgen van maag en darmen, zoals verstopping, diarree, misselijkheid, overgeven en weinig eetlust. Zorg dat u extra drinkt als u diarree heeft of moet overgeven.
    • Bij misselijkheid kan het helpen om dit medicijn met wat voedsel in te nemen.
    • Andere bijwerkingen zijn vermoeidheid, spierpijn, duizeligheid, benauwdheid, trombose en hartproblemen.
    • Vraag advies wat u tegen de bijwerkingen kunt doen.
    • Let op! U mag tijdens de behandeling en tot 4 weken daarna niet zwanger worden.
    • U mag geen borstvoeding geven terwijl u dit medicijn gebruikt.
    • Mannen mogen tot 1 week na stoppen geen kind verwekken.
    • Lenalidomide is een medicijn dat de afweerreactie van het lichaam wijzigt.

      Artsen schrijven het voor bij kanker, namelijk bij multipel myeloom (de ziekte van Kahler) en lymfeklierkanker (lymfoom).

      • De ziekte van Kahler wordt ook wel multipel myeloom genoemd en is een kanker van het beenmerg. In het beenmerg worden de bloedcellen aangemaakt en aan het bloed afgegeven. Bij de ziekte van Kahler vermenigvuldigen bloedcellen uit het beenmerg zich zomaar, waardoor ze de aanmaak van andere, gezonde, bloedcellen tegenwerken. Een tekort aan deze gezonde bloedcellen zorgt voor een verminderde afweer tegen infecties, bloedarmoede en geeft meer kans op bloedingen. Bovendien nestelen deze kwaadaardige bloedcellen zich in de botten en tasten daar het botweefsel aan.

        Verschijnselen
        Klachten van mensen met de ziekte van Kahler zijn botpijn in rug, ribben, nek of bekken en botbreuken. Ook ontstaat er bloedarmoede, waardoor men snel moe is. Verder ontstaan door de verminderde afweer sneller infecties en bloedingen, bijvoorbeeld blauwe plekken, neusbloedingen of bloedend tandvlees.

        Behandeling
        Afhankelijk van het stadium van de ziekte en de individuele omstandigheden, bestaat de behandeling uit chemotherapie, bestraling of stamceltransplantatie. Verder is de behandeling erop gericht pijn, botontkalking, infecties en bloedarmoede te behandelen en te voorkomen.

        Artsen schrijven lenalidomide voor bij mensen met de ziekte van Kahler die een stamceltransplantatie hebben ondergaan. Ook wordt lenalidomide voorgeschreven als het niet mogelijk is om een stamceltransplantatie uit te voeren. Het wordt dan altijd gecombineerd met het bijnierschorshormoon dexamethason of samen met de kankerremmende stof melfalan en het bijnierschorshormoon prednison. Verder wordt lenalidomide voorgeschreven bij de ziekte van Kahler als een andere behandeling onvoldoende werkt. Lenalidomide wordt dan altijd gecombineerd met het bijnierschorshormoon dexamethason. 

        Artsen schrijven lenalidomide ook voor bij een bepaalde vorm van lymfeklierkanker (mantelcellymfoom).

        Werking
        Lenalidomide verandert afweerreacties, remt de groei van gezwellen, met name van de verkeerde beenmergcellen, en stimuleert de aanmaak van rode bloedcellen.

        Lenalidomide samen met dexamethason, geeft een verbetering van de ziekte van Kahler bij ongeveer zes op de tien patiënten.

      • Behalve het gewenste effect kan dit medicijn bijwerkingen geven.

        De belangrijkste bijwerkingen zijn de volgende:

        Soms (bij 10 tot 30 op de 100 mensen)

        • Meer kans op infecties en bloedingen. Bijvoorbeeld griep of een longontsteking. Krijgt u last van onverklaarbare koorts, keelpijn of blaasjes in de mond en keel, plotselinge blauwe plekken, neusbloedingen of extreme vermoeidheid? Waarschuw dan uw arts.

          Dit komt door bijwerkingen in het bloed.

        • Hoesten, kortademigheid en luchtweginfecties.

        • Maagdarmklachten, zoals verstopping, diarree, misselijkheid, braken, minder eetlust en buikpijn.

          Bij misselijkheid helpt het om het middel met wat voedsel in te nemen.

        • Huiduitslag en jeuk.

          Dit kan wijzen op overgevoeligheid, maar dat hoeft niet. Zie Zeer zelden Overgevoeligheid.

        • Spierpijn, rugpijn en zelden gewrichtspijn en pijn in de armen en benen.

        • Opgezwollen enkels en onderbenen.

          Dit komt omdat uw lichaam vocht vasthoudt. Dit kan komen door bijwerkingen op het hart. Raadpleeg uw arts.

        Zelden (bij 1 tot 10 op de 100 mensen)

        • Bijwerkingen op het hart zoals lage bloeddruk, een hartaanval, hartritmestoornissen en hartfalen. Heeft u een hartziekte? U heeft meer kans op deze bijwerkingen. Bespreek dit met uw arts.
          Een hartinfarct (hartaanval) merkt u aan hevig drukkende of snoerende pijn op de borst. Soms straalt de pijn uit naar de linkerarm of naar de kaken. Vaak bent u misselijk, en zweterig en klam. Waarschuw onmiddellijk een arts.
          Hartfalen merkt u aan kortademigheid, benauwdheid of het vasthouden van vocht (dikke enkels en voeten). Raadpleeg uw arts als u hier last van krijgt.

        • Trombose. Dit kunt u herkennen aan een dikke, harde, rode en pijnlijke plek op het been, soms aan pijn in de kuit en een zwaar gevoel in het been, zelden aan plotseling optredende kortademigheid, soms met pijn of het ophoesten van bloed.

          Waarschuw in deze gevallen onmiddellijk een arts of ga meteen naar de Eerste-Hulpdienst.

        • Longembolie merkt u aan snel en oppervlakkig ademhalen, benauwdheid en pijn op de borst.

          Waarschuw onmiddellijk een arts.

        • Een beroerte merkt u aan plotselinge klachten. Deze kunnen zijn verlammingen in het gezicht (scheve mond bijvoorbeeld), verward spreken en denken, verlammingen aan arm of been, verlies van gezichtsvermogen, en tintelingen.

          Waarschuw onmiddellijk een arts.

        • Hoofdpijn, duizeligheid, slapeloosheid.

        • Vermoeidheid, koude rillingen en een zwak gevoel.

        • Ongewone smaak in de mond.

        • Zenuwbeschadiging. U merkt dit aan een doof gevoel in voeten of handen, pijnlijke spierkrampen, tintelingen in benen en armen, trillen en moeite met staan en lopen.

          Waarschuw dan direct uw arts. Door stoppen met het gebruik van lenalidomide, verdwijnen de klachten soms weer, maar niet altijd. Het is belangrijk als de zenuwbeschadiging ontstaat, deze op te sporen door een regelmatig zenuwonderzoek. Door op tijd te stoppen, is de kans groter dat de zenuwbeschadiging weer herstelt.

        • Ontsteking van de nieren en in ernstige gevallen nierfalen. U merkt dit aan vaak kleine beetjes moet plassen, aan bloed in de urine, pijn in uw zij, vermoeidheid en misselijkheid.

        • Een te snelle schildklierwerking. Dit merkt u aan een aantal of alle van de volgende verschijnselen: nervositeit, gewichtsverlies, diarree, een warme of vochtige huid, veel zweten, uitpuilende ogen, pijn in of achter de ogen, hartkloppingen en trillen.

          Raadpleeg uw arts als u denkt dat de werking van uw schildklier verandert.

        • Meer kans op huidkanker van het type plaveiselcel-carcinoom of basaalcelcarcinoom.

          Deze soorten huidkanker zijn goed te behandelen door het weg te snijden uit de huid. Als dit op tijd gebeurt, is er weinig kans op uitzaaiing. Houd daarom uw huid in de gaten. Meld elke huidverandering direct aan uw arts.

        Zeer zelden (bij minder dan 1 op de 100 mensen)

        • Leverschade. U kunt dit merken aan een gevoelige, opgezwollen buik of een gele verkleuring van het oogwit of van de huid. 

          Waarschuw dan een arts. Zeer zelden kan de leveraandoening het gevolg zijn van het opvlammen van een hepatitis-B-virusinfectie.

        • Opvlammen van een herpesinfectie, zoals koortslip, genitale wratten of gordelroos.

        • Ernstige vorm van hoge bloeddruk in de longslagader. Waarschuw uw arts bij kortademigheid, pijn op de borst, flauwvallen en vocht in de benen.


        Neem contact op met uw apotheker of arts als u te veel last heeft van deze of andere bijwerkingen waar u zich zorgen over maakt.


        Heeft u last van een bijwerking? Meld dit dan bij het bijwerkingencentrum lareb. Hier worden alle meldingen over bijwerkingen van medicijnen in Nederland verzameld. Ik wil een bijwerking melden

        • Regelmatig: bij meer dan 30 op de 100 mensen
          Soms: bij 10 tot 30 op de 100 mensen
          Zelden: bij 1 tot 10 op de 100 mensen
          Zeer zelden: bij minder dan 1 op de 100 mensen
          • Kijk voor de juiste dosering altijd op het etiket van de apotheek. Lees ook de speciale Patiëntenbrochure.

            Hoe?
            De capsules zonder kauwen doorslikken met een half glas water.

            Wanneer?
            Kies een vast moment om dit medicijn in te nemen. Heeft u last van misselijkheid? Dan kunt u het beste eerst wat eten voordat u de capsules inneemt.

            Hoe lang?
            U gebruikt dit medicijn als een chemokuur. Een kuur bestaat uit een aantal cycli, vaak van 4 weken. Meestal neemt u lenalidomide 3 weken lang met daarna een week pauze. Uw specialist zal u uitleggen hoe uw kuur eruitziet. Vaak gebruikt u andere ook medicijn in een chemokuur.

            Hoeveel kuren u nodig heeft ligt aan de ziekte. Soms duurt de kuur jaren lang.

            • Het is belangrijk dat u dit medicijn consequent blijft slikken.

              Bent u een dosis vergeten? En duurt het nog meer dan 12 uur voor u de volgende dosis normaal inneemt? Neem de vergeten dosis dan alsnog in. Duurt het nog minder dan 12 uur? Sla de vergeten dosis dan over.

              Neem geen dubbele dosis om een vergeten dosis in te halen.

              • autorijden?
                Het kan gevaarlijk zijn aan het verkeer deel te nemen als u dit medicijn gebruikt. Dit komt door bijwerkingen, zoals slaperigheid, vermoeidheid, duizeligheid, verwardheid, problemen met het geheugen en wazig zien. U mag steeds de eerste paar dagen dat u dit medicijn (weer) gebruikt niet autorijden.
                Na een paar dagen zijn de meeste mensen voldoende gewend geraakt aan de effecten. U mag dan weer autorijden. Maar doe dat alleen als u geen last meer heeft van de bijwerkingen.

                Let op: als u kanker heeft, kan dat ook een reden zijn dat u niet mag autorijden. Overleg met uw arts of dat bij u het geval is. Wilt u meer informatie over autorijden bij bepaalde aandoeningen? Kijk dan op de website van het CBR.

                Voor meer algemene informatie kunt u het thema 'Medicijnen in het verkeer' lezen. In dit thema leest u bijvoorbeeld wat de wet zegt over medicijnen in het verkeer. Ook vindt u adviezen waarmee u rekening moet houden als u wel (weer) mag autorijden.

                alcohol drinken?
                Alcohol irriteert de slijmvliezen van het maag en darmen. U heeft daardoor meer kans op bijwerkingen van dit medicijn op uw maag en darmen. Gebruik daarom liever geen alcohol tijdens de kuur en zolang u last heeft van uw maag en darmen.

                alles eten?
                U kunt alles eten wat uw maag verdraagt. Bepaalde soorten voedsel zijn echter af te raden als u last heeft van uw maag.

                Op deze site kunt u onder 'Klachten & ziektes', 'Maagklachten' adviezen vinden voor mensen met maagklachten.

                • Dit medicijn heeft wisselwerkingen met andere medicijnen.

                  In de tekst hieronder staan alleen de werkzame stoffen van deze medicijnen, dus niet de merknamen. Of uw medicijn een van die werkzame stoffen bevat, kunt u nagaan in uw bijsluiter onder het kopje 'samenstelling'.

                  De medicijnen waarmee de belangrijkste wisselwerkingen optreden zijn de volgende.

                  • Vaccins. Dit medicijn kan de werkzaamheid van sommige soorten vaccins verminderen en de kans op bijwerkingen door de vaccins vergroten. Overleg met uw apotheker of arts als u gevaccineerd moet worden.

                  Het is belangrijk dat uw arts weet welke medicijnen u nog meer gebruikt. Neem daarom uw medicatieoverzicht mee als u naar het ziekenhuis gaat. Dit is een overzicht waarop staat welke medicijnen u gebruikt, maar ook of u bijvoorbeeld allergisch bent voor bepaalde medicijnen. U kunt dit overzicht bij uw eigen apotheek opvragen. Krijgt u in het ziekenhuis nieuwe medicijnen, of verandert er iets aan uw medicijngebruik? Geef dit dan ook weer door aan uw eigen apotheek. Dan blijft uw medicatieoverzicht actueel.

                  • Zwangerschap.
                    U mag dit medicijn NIET gebruiken tijdens de zwangerschap of als u binnenkort zwanger wilt worden. Dit medicijn is namelijk schadelijk voor de ongeboren baby. Vrouwen moeten voor gebruik zeker weten dat ze niet zwanger zijn. Bent u een vrouw in de vruchtbare leeftijd? Dan gelden er bepaalde regels, voordat u dit medicijn mag innemen.

                    • De behandeling mag pas beginnen als u minimaal 4 weken anticonceptie heeft gebruikt en daarna een zwangerschapstest heeft gedaan, waaruit blijkt dat u niet zwanger bent.
                    • De arts zal in de 3 dagen voor aanvang van de behandeling deze zwangerschapstest bij u uitvoeren.
                    • De arts zal vervolgens elke maand een zwangerschapstest bij u uitvoeren.
                    • De arts zal elke keer een recept schrijven voor maximaal 1 maand. Voor elke maand heeft u een nieuw recept nodig.
                    • U moet het recept steeds binnen 7 dagen inleveren in de apotheek. Daarna is het niet geldig meer.
                    • U moet een instemmingsverklaring ondertekenen, waarin u bevestigt dat u op de hoogte bent van de ernstige bijwerking op de ongeboren baby en dat u de patiëntenbrochure heeft ontvangen en gelezen.
                    • U moet betrouwbare anticonceptie gebruiken tijdens het gebruik van lenalidomide en tot en met 4 weken na stoppen van lenalidomide. Dat kan bijvoorbeeld met een implantatiestaafje, de prikpil, de minipil (dit is een anticonceptiepil met alleen een progestageen) of een spiraaltje met levonorgestrel. Een spiraaltje moet wel al ruim vóór u met lenalidomide begint zijn ingebracht, omdat lenalidomide de kans vergroot dat de ingreep een infectie veroorzaakt. De 'gewone' pil of een koperhoudend spiraaltje zijn niet geschikt voor vrouwen die lenalidomide gebruiken. De 'gewone' pil (combinatiepil) bevat onder andere oestrogeenhormoon, waardoor de kans op trombose door lenalidomide groter is. Een koperhoudend spiraaltje geeft extra veel bloedverlies tijdens de menstruatie. Dat verergert de bijwerkingen van lenalidomide op het bloed. Overleg met uw arts welke anticonceptie goed is voor u.
                    • Denkt u dat u toch zwanger bent of bent geworden? Stop dan meteen met het gebruik van lenalidomide. Neem direct contact op met uw arts.

                    Borstvoeding
                    Gebruik dit middel NIET als u borstvoeding geeft of stop de borstvoeding. Er zijn geen gegevens bekend of dit middel in de moedermelk terechtkomt. Maar omdat het middel ernstige bijwerkingen heeft, is het niet veilig voor de zuigeling en moet elk risico worden vermeden.

                     

                    Gebruikt u medicijnen op recept of die u zonder recept koopt? Wilt u helpen om de kennis over medicijngebruik tijdens zwangerschap en borstvoeding te vergroten? Meld dan uw ervaring bij Moeders van Morgen.

                    • Overleg met uw arts. Lenalidomide komt in de zaadvloeistof terecht. Het geeft daardoor een groot risico op aangeboren afwijkingen bij de ongeboren baby als u seks heeft met een zwangere vrouw of een vrouw die zwanger kan worden. U moet condooms gebruiken tijdens het gebruik van lenalidomide en tot en met 1 week na stoppen van lenalidomide. Er gelden bepaalde regels, voordat u dit medicijn mag innemen:

                      • U moet anticonceptieve maatregelen nemen. U moet condooms gebruiken tijdens het gebruik van lenalidomide en tot en met 1 week na stoppen van lenalidomide. Zelfs als u gesteriliseerd bent.
                      • U moet een instemmingsverklaring ondertekenen, waarin u bevestigt dat u op de hoogte bent van de ernstige bijwerking op de ongeboren baby en dat u de patiëntenbrochure heeft ontvangen en gelezen.
                      • Heeft u seks gehad met een vrouw en denkt u dat zij toch zwanger is of is geworden? Neem dan direct contact op met uw arts.

                      Kan uw partner zwanger worden? Dan moet zij ook goede anticonceptie gebruiken in deze periode.

                      • Nieren

                        Werken uw nieren minder goed? Overleg dan met uw apotheker. Het kan zijn dat de dosering van uw medicijn aangepast moet worden.

                        Dialyseert u? Overleg dan met uw apotheker. Het kan zijn dat aanpassing van uw medicijngebruik nodig is. Bijvoorbeeld:

                        • een andere dosering;
                        • een andere dag of ander tijdstip waarop u uw medicijn moet innemen;
                        • een ander medicijn.

                        Lever

                        Het is niet bekend of mensen met levercirrose dit medicijn veilig kunnen gebruiken.

                        • Een behandeling met dit medicijn is zwaar en kan moeilijk vol te houden zijn, ook al helpt het u de ziekte te bestrijden. Wordt de behandeling u te zwaar, bespreek dat dan met uw arts of verpleegkundige. Samen kunt u de bijwerkingen bespreken en kijken of er aanpassingen of alternatieven mogelijk zijn.

                          Bent u gestopt met lenalidomide, maar heeft u nog tabletten over? Breng deze dan terug naar de apotheek. Geef uw medicijnen nooit aan iemand anders. U moet ervoor tekenen dat u hiermee akkoord gaat.

                          • De werkzame stof lenalidomide zit in de volgende producten:
                            • Lenalidomide is sinds 2005 internationaal op de markt. Het is op recept verkrijgbaar in capsules onder de merknaam Revlimid en als het merkloze Lenalidomide.

                              Dit medicijn kan ernstige bijwerkingen bij de ongeboren baby geven. Het voorschrijven, afleveren en gebruik van lenalidomide kan alleen als aan strenge regels van de overheid met betrekking tot het Zwangerschaps Preventie Programma is voldaan. Dit programma is zowel voor vrouwen als voor mannen van belang.

                              De regels van dit Zwangerschaps Preventie Programma vindt u onder het kopje 'Mag ik dit medicijn gebruiken als ik zwanger ben, wil worden of borstvoeding geef?'. En onder het kopje 'Mag ik als man met een kinderwens dit medicijn gebruiken?'

                              Laatst bijgewerkt op 11-05-2022

                              Disclaimer

                              Deze tekst is opgesteld door het Geneesmiddel Informatie Centrum van de KNMP. Deze tekst is gebaseerd op de bijsluiter van het beschreven medicijn en op andere, wetenschappelijke bronnen. Zoals medische richtlijnen, standaarden en literatuur. Bent u benieuwd hoe het apotheek.nl-team dit doet? Bekijk dan de video. Hoewel bij het opstellen van de tekst uiterste zorgvuldigheid is betracht, is de KNMP niet aansprakelijk voor eventuele schade die zou kunnen voortvloeien uit enige onjuistheid in deze tekst. De officiële bijsluiter van dit medicijn vindt u bij het College ter Beoordeling van Geneesmiddelen op: www.cbg-meb.nl.

                              Vond u deze informatie nuttig?

                              Vind een apotheek

                              Wilt u meer weten, of heeft u een vraag over uw eigen situatie? Dan raden wij u aan naar uw eigen apotheek te gaan. Uw eigen apotheker is op de hoogte van uw persoonlijke omstandigheden en kan u uitgebreid begeleiden bij uw medicijngebruik. Bent u niet in de buurt van uw eigen apotheek, dan kunt u hier ook andere apotheken vinden.
                              Vind een apotheek blob

                              Vraag het de webapotheker

                              Vraag het de webapotheker

                              Vraag het de webapotheker

                              Het beste advies krijgt u bij uw eigen apotheek. Daar ontvangt u de zorg en begeleiding die is afgestemd op uw persoonlijke situatie. Mocht dit niet mogelijk zijn, dan kunt u een vraag stellen aan de webapotheker. Een team van apothekers beantwoordt uw vraag in principe binnen enkele werkdagen.

                              Meldpunt medicijnen

                              Werkt uw medicijn heel goed of juist niet? Wordt uw medicijn niet vergoed? Of heeft u last van een bijwerking? Meld uw ervaring

                              Geen ervaringen gevonden

                              Informatie wordt bijgewerkt: