Medicijnenatenolol

atenolol

Belangrijkste zakenWaarbij gebruik ik het?Mogelijke bijwerkingenHoe gebruik ik dit?Een keer vergeten, wat nu?Mag ik autorijden, alcohol drinken, alles eten?Gebruik met andere medicijnenGebruik bij zwangerschap of borstvoedingGebruik bij slechte nieren of leverMag ik zomaar stoppen?Onder welke namen verkrijgbaar?Heb ik een recept nodig?
    • Atenolol vertraagt de hartslag, verlaagt de bloeddruk en vermindert de zuurstofbehoefte van het hart.
    • Bij hoge bloeddruk, angina pectoris (hartkramp) en hartritmestoornissen. Ook bij angstgevoelens, trillen, migraine en te snelle schildklierwerking.
    • Hoge bloeddruk en angina pectoris: het effect komt geleidelijk gedurende 6 weken tot stand. Dan is te meten hoeveel uw bloeddruk is gedaald. Ook merkt u verbetering van uw klachten.
    • Hartkloppingen en trillen: atenolol werkt na ongeveer een uur.
    • Migraine: bedoordeel na enkele maanden of u minder aanvallen heeft.
    • Neem op vaste tijdstippen in. Dan vergeet u minder snel een dosis.
    • U kunt last krijgen van: duizeligheid door een lage bloeddruk , vermoeidheid, maagdarmklachten en koude handen en voeten. Houdt u klachten? Overleg dan met uw arts.
    • Veel wisselwerkingen met andere middelen. Laat uw apotheker controleren of u atenolol veilig kunt gebruiken met uw andere medicijnen, ook medicijnen die u zonder recept heeft gekocht.
    • Bent u zwanger? Of wilt u zwanger worden? Vraag aan uw arts of apotheker of u dit medicijn mag gebruiken.
    • Geef geen borstvoeding als u dit medicijn gebruikt. Dit medicijn komt in de moedermelk en dat is slecht voor de baby.
    • Atenolol behoort tot de bètablokkers. Het verlaagt de bloeddruk, vertraagt de hartslag en vermindert de zuurstofbehoefte van het hart.

      Artsen schrijven het voor bij angina pectoris, hartritmestoornissen, migraine, hartinfarct, hoge bloeddruk, een te snelle schildklierwerking, angstgevoelens en gespannenheid en essentiële tremor (trillen).

      • Verschijnselen
        Angina pectoris (hartkramp) is een hartaandoening met aanvallen van pijn of een beklemmend gevoel op de borst. Deze pijn kan uitstralen naar de arm, kaak, hals of schouder.

        De pijn ontstaat vooral op momenten dat het hart harder moet gaan werken, bijvoorbeeld bij inspanning, stress, emoties, een zware maaltijd of bij de overgang van warmte naar kou.

        Oorzaak
        De belangrijkste oorzaak van angina pectoris is een vernauwing van de bloedvaten die het hart van bloed voorzien (de kransslagaderen). Hierdoor komt er minder bloed naar de hartspier, dus ook minder zuurstof. Dit zuurstofgebrek veroorzaakt de klachten.

        Werking
        Als u meer dan twee aanvallen van hartkramp per week heeft, schrijft uw arts meestal een bètablokker voor, zoals atenolol. Dit medicijn  brengt de snelheid en de kracht waarmee het hart klopt terug tot een aanvaardbaar niveau. Het hart heeft dan minder zuurstof nodig. Dit vermindert de kans op een angina pectoris-aanval.

        De werking begint 1 tot 3 uur na inname en houdt ongeveer 24 uur aan. Het effect merkt u doordat u minder last heeft van pijn op de borst, bijvoorbeeld bij het traplopen. Dit betekent echter niet dat u meteen meer inspannende activiteiten mag gaan doen. Uw lichaam moet hier weer langzaam aan wennen. Overleg hierover met uw arts.

        • Verschijnselen
          Bij een hartritmestoornis kan het hart overslaan, onregelmatig slaan, te snel kloppen of 'op hol slaan'. Soms merkt u er niets van, maar soms kunt u de onregelmatige hartslag voelen. Door een hartritmestoornis kunt u zich duizelig, kortademig, gejaagd of angstig voelen.

          Oorzaak
          Er zijn verschillende oorzaken voor hartritmestoornissen, zoals een beschadigde hartspier door een hartinfarct of een te hard werkende schildklier. Maar vaak is de oorzaak onbekend.

          Werking
          Atenolol regelt de hartslag en heft verschillende stoornissen in het hartritme op. U merkt de werking doordat uw hartslag wat langzamer wordt. Dit effect begint binnen enkele uren na inname en houdt ongeveer 24 uur aan.

          • Verschijnselen
            Bij migraineaanvallen heeft u last van bonzende hoofdpijn, meestal aan één kant van het hoofd. Ook zijn mensen met migraine vaak misselijk en overgevoelig voor licht en geluid. Een migraineaanval duurt meestal een dag, maar kan ook korter of langer duren. 

            Behandeling
            Om de aanval te stoppen, kunt u een pijnstiller gebruiken en eventueel een middel tegen de misselijkheid. Als u meer dan twee aanvallen per maand heeft, is het zinvol een medicijn te proberen dat de aanvallen voorkómt. Atenolol is één van deze medicijnen.

            Effect
            Bij ongeveer de helft van de gebruikers nemen de aanvallen af. Dit effect is meestal pas na drie maanden gebruik te beoordelen. Als u na drie maanden nog geen verbetering merkt, overleg dan met uw arts.

            • Verschijnselen
              De eerste tekenen van een hartinfarct zijn een hevig drukkende of snoerende pijn op de borst. Soms straalt de pijn uit naar de linkerarm of kaken. Vaak bent u ook misselijkheid, zweterig en klam.

              Oorzaak
              Een hartinfarct ontstaat door een afsluiting van één of meer van de bloedvaten die het hart van bloed voorzien (de kransslagaders). Hierdoor krijgt een deel van de hartspier langdurig te weinig bloed en dus te weinig zuurstof, waardoor het afsterft.

              Omdat een stukje van de hartspier niet meer werkt, kan het hart minder krachtig pompen. U kunt dan verschijnselen van hartfalen krijgen, zoals moeheid, kortademigheid en het vasthouden van vocht.

              Behandeling
              Meestal krijgt u binnen twaalf uur na ontstaan van de klachten een bètablokker via een infuus toegediend. Daarna gebruikt u de bètablokker nog enkele dagen in tabletvorm.

              Als het risico van een tweede infarct aanwezig is, zal de arts een bètablokker voor langdurig gebruik voorschrijven, meestal metoprolol. Als dat niet kan worden gebruikt, kan de arts een andere bètablokker voorschrijven, zoals atenolol.

              • Verschijnselen
                Mensen met een hoge bloeddruk voelen hier in het algemeen niets van. Hoge bloeddruk is ook geen ziekte, maar geeft meer kans op hart- en vaatziekten. Als de bloeddruk verhoogd is, stroomt het bloed te krachtig door de vaten. Dit is schadelijk voor de bloedvaten. Beschadigde bloedvaten geven kans op een beroerte (herseninfarct of hersenbloeding) en ernstige hartziekten, zoals hartkramp en hartfalen.

                Werking
                Bètablokkers vertragen de hartslag zodat het hart rustiger pompt. Hierdoor daalt de bloeddruk en is er minder kans op een beroerte.

                Bij hoge bloeddruk schrijven artsen bètablokkers meestal voor in combinatie met andere medicijnen, zoals plastabletten. In eerste instantie schrijft de arts als bètablokker metoprolol voor, omdat dit middel minder bijwerkingen heeft en in onderzoek het effectiefst is gebleken.

                Als metoprolol niet werkt of niet kan worden gebruikt, kan de arts atenolol voorschrijven.

                Effect
                Na drie tot zes weken is het volledige effect van dit middel bereikt. Zelf merkt u hier niet veel van. U weet pas of het werkt bij een meting van uw bloeddruk. Toch is het belangrijk atenolol elke dag in te nemen. Alleen dan kan atenolol de hart- en bloedvaten optimaal beschermen.
                 

                • Verschijnselen
                  De schildklier maakt een hormoon aan dat het tempo bepaalt van vele processen in het lichaam. Een te snel werkende schildklier kan dan ook veel verschillende klachten geven, zoals een gejaagd gevoel, afvallen, zweten, diarree, spierzwakte en een snelle of onregelmatige hartslag. Dit laatste merkt u aan hartkloppingen.

                  Oorzaak
                  Er zijn verschillende oorzaken voor, zoals de ziekte van Graves, de ziekte van Plummer of een goedaardige vergroting van de schildklier (struma).

                  Behandeling
                  Meestal probeert men de werking van de schildklier af te remmen. Dit kan met medicijnen of met andere behandelingen, zoals met radioactief jodium.

                  Verder is vaak tijdelijk een bètablokker, zoals atenolol, nodig om het hartritme te vertragen.

                  Werking
                  Als de schildklier te snel werkt, worden er te veel stoffen aangemaakt die het hart stimuleren. Hierdoor kunt u last krijgen van hartkloppingen en ritmestoornissen. Atenolol regelt de hartslag en heft stoornissen in het hartritme op.

                  U merkt de werking doordat uw hartslag langzamer wordt. De werking begint enkele uren na inname en houdt 24 uur aan.

                  • Atenolol wordt gebruikt bij ernstige examenvrees en plankenkoorts.

                    Verschijnselen
                    Iedereen voelt spanning voor een examen of optreden. Uw hart gaat dan sneller kloppen, u transpireert en uw handen trillen. Dit is heel normaal. Een gezonde spanning is nodig om goed te kunnen presteren. Bij extreme spanning die een goede prestatie in de weg staat, kan de arts een medicijn als atenolol voorschrijven.

                    Werking
                    Atenolol zorgt ervoor dat uw hartslag wat minder snel gaat en dat u minder trilt. Het werkt na ongeveer een uur. De werking houdt 24 uur aan.

                    • Verschijnselen
                      Tremor is de medische term voor trillen, beven. Het is een snelle samentrekking van spieren zonder dat u er iets aan kunt doen.

                      Vaak heeft trillen een oorzaak: het tillen van een zware tas, koorts, hevige angst. Soms is een hersenaandoening de oorzaak, of het drinken van te veel koffie. Als er geen oorzaak is aan te wijzen noemen we het essentiële tremor.

                      Behandeling
                      Als er geen oorzaak wordt gevonden, kan uw arts een betablokker voorschrijven. Meestal wordt daarvoor het medicijn propranolol gebruikt. In sommige gevallen kan atenolol worden voorgeschreven.

                      Werking
                      De precieze werking is niet bekend. Overmatige prikkels veroorzaken de trilbewegingen. Atenolol remt deze prikkels.

                    • Behalve het gewenste effect kan dit medicijn bijwerkingen geven.

                      De belangrijkste bijwerkingen zijn de volgende:

                      Soms (bij 10 tot 30 op de 100 mensen)

                      • Duizeligheid of een licht gevoel in het hoofd, vooral bij opstaan uit bed of uit een stoel

                        Dit gaat in het algemeen over als uw lichaam zich heeft ingesteld op de lagere bloeddruk (binnen enkele dagen tot weken). Als u zich duizelig voelt, sta dan niet te snel op uit bed of van een stoel. U kunt dan het best even liggen en de benen wat hoger leggen, bijvoorbeeld op een kussen.

                      Zelden (bij 1 tot 10 op de 100 mensen)

                      • Maagdarmklachten, zoals misselijkheid, braken, verstopping of diarree

                        Deze bijwerkingen treden vooral op in het begin van de behandeling. Meestal helpt het als u het middel met wat voedsel inneemt. Blijft u er ook na enige dagen last van houden? Neem dan contact op met uw arts.

                      • Koude handen en voeten, soms met blauwe verkleuring van de huid. Mensen met de ziekte van Raynaud kunnen meer last krijgen van koude vingers en tenen.

                        Dit komt doordat de bloedvaten in de huid onvoldoende reageren op kou. Het kan zijn dat u hier last van blijft houden zolang u het medicijn slikt. Zorg voor voldoende bescherming tegen kou door warme kleding te dragen, zoals wanten en sokken. Neem contact op met uw arts als deze bijwerking te veel last geeft.

                      Zeer zelden (bij minder dan 1 op de 100 mensen)

                      • Slaapstoornissen, zoals moeite met inslapen, levendiger dromen en nachtmerries

                      • Hoofdpijn, verwardheid, depressiviteit, angst en waandenkbeelden (hallucinaties)

                      • Droge ogen en wazig zien. Mensen die contactlenzen dragen kunnen door atenolol last krijgen van droge ogen.

                        De contactlenzen kunnen dan eerder irriteren. Houd ze in dat geval minder lang in of gebruik bevochtigende oogdruppels (kunsttranen).

                      • Als u het syndroom van Sjögren heeft, een aandoening waarbij de slijmvliezen van onder andere ogen en mond droger zijn dan normaal: u kunt meer klachten krijgen.

                        Dit middel vermindert de aanmaak van traanvocht en speeksel. Neem contact op met uw arts als u meer last heeft van oogirritatie of een droge mond. Mogelijk is een ander middel geschikter.

                      • Droge mond doordat u minder speeksel aanmaakt

                        Hierdoor kunnen zich eerder gaatjes in uw gebit ontwikkelen. Poets en flos daarom extra goed als u merkt dat u last heeft van een droge mond. Laat eventueel de tandarts vaker uw gebit controleren. U kunt de aanmaak van speeksel stimuleren met (suikervrije) kauwgom of door te zuigen op ijsblokjes.

                      • Haaruitval en huiduitslag

                      • Zweten

                      • Vermoeidheid

                        Deze bijwerkingen gaan meestal over als uw lichaam aan het medicijn gewend is. Raadpleeg uw arts, als u na enkele weken hier nog steeds last van heeft.

                      • Impotentie

                        Dit komt door de lagere bloeddruk. Als u last heeft van deze bijwerking, vraag dan advies aan uw arts. Mogelijk moet de dosering aangepast worden of is een ander medicijn geschikter voor u.

                      • Bij bepaalde vormen van de aangeboren hartafwijking Wolff-Parkinson-White-syndroom, kunnen ernstige hartritmestoornissen ontstaan door dit medicijn.

                        U mag dit medicijn alleen op voorschrift en onder controle van een cardioloog of internist gebruiken.

                      • Verhoogde kans op bloedingen, zoals bloedneuzen. Deze bijwerking ontstaat door een tekort aan bloedplaatjes. Neem contact op met uw arts bij onverklaarbare bloedneuzen, onderhuidse bloedinkjes en blauwe plekken.

                      • Als u diabetes heeft: u merkt minder snel dat u een te laag bloedglucose (hypo) heeft

                        Dit komt doordat atenolol de hartkloppingen tegengaat die ontstaan bij een hypo. Controleer daarom vaker uw bloedglucosegehalte.

                      • Als u astma of COPD heeft: u kunt meer last van benauwdheid krijgen

                        Als u dit merkt, neem dan contact op met uw arts. Mogelijk is een ander medicijn geschikter voor u.

                      • Als u aan de spierziekte myasthenia gravis lijdt: u kunt meer last krijgen van deze aandoening

                        Neem contact op met uw arts als u dit merkt.

                      • Als u aan psoriasis lijdt: u kunt meer last krijgen van deze aandoening. Neem contact op met uw arts als u last heeft van rode schilferende of glanzende plekken op de huid, beschadigingen van de huid, jeuk, putjes in de nagels en gewrichtsklachten.

                      • Overgevoeligheid voor dit middel. Dit merkt u aan huiduitslag, galbulten en jeuk. Gebruik dit middel dan niet meer. Een ernstige overgevoeligheid is te merken aan benauwdheid of een opgezwollen gezicht. Ga dan onmiddellijk naar een arts.

                        In beide gevallen mag u dit middel in de toekomst niet meer gebruiken. Geef daarom aan de apotheek door dat u overgevoelig bent voor atenolol. Het apotheekteam kan er dan op letten dat u dit middel niet opnieuw krijgt.


                      Neem contact op met uw apotheker of arts als u te veel last heeft van deze of andere bijwerkingen waar u zich zorgen over maakt.


                      Heeft u last van een bijwerking? Meld dit dan bij het bijwerkingencentrum lareb. Hier worden alle meldingen over bijwerkingen van medicijnen in Nederland verzameld. Ik wil een bijwerking melden

                      • Regelmatig: bij meer dan 30 op de 100 mensen
                        Soms: bij 10 tot 30 op de 100 mensen
                        Zelden: bij 1 tot 10 op de 100 mensen
                        Zeer zelden: bij minder dan 1 op de 100 mensen
                        • Hoe?
                          Kijk voor de juiste dosering altijd op het etiket van de apotheek.

                          Wanneer?
                          U mag het medicijn innemen op elk moment van de dag. Het beste kunt u vaste tijdstippen kiezen, dan vergeet u minder snel een dosis. Als u het 1 keer per dag gebruikt: bij voorkeur 's ochtends. Als u het 2 keer per dag gebruikt: 's ochtends en 's avonds.

                          Hoe lang?

                          • Hoge bloeddruk. Een behandeling voor hoge bloeddruk is meestal langdurig. Als dit medicijn goed bij u werkt, moet u dit medicijn waarschijnlijk uw leven lang gebruiken.
                          • Hartkramp, voorkómen hartinfarct en hartritmestoornissen. Waarschijnlijk moet u atenolol langdurig gebruiken. Overleg dit met uw arts.
                          • Verhoogde schildklierwerking: meestal is atenolol tijdelijk nodig om de hartkloppingen door de verhoogde schildklierwerking te stoppen. Als de schildklierfunctie weer normaal is, zal ook het hartritme normaal worden en is atenolol niet meer nodig.
                          • Migraine. Bij het ouder worden neemt het aantal migraineaanvallen meestal af. Misschien heeft u dit middel dan niet meer nodig. Bespreek dit met uw arts.
                          • Examenvrees of plankenkoorts. In dit geval moet u atenolol eenmalig gebruiken een half uur tot één uur voor het examen of het optreden.
                          • Essentiële tremor (trillen). Zolang u last heeft van de tremor, zult u dit medicijn nodig hebben. Overleg dit met uw arts.
                          • Hemangiomen. Dit middel moet meestal worden gebruikt totdat er geen verbetering meer is. Overleg dit met uw arts.
                          • Het is belangrijk dit medicijn consequent in te nemen. Mocht u toch een dosis vergeten zijn:

                            • Als u atenolol 1 keer per dag gebruikt: duurt het nog meer dan 8 uur voor u de volgende tablet normaal inneemt? Neem de vergeten tablet dan alsnog in. Duurt het nog minder dan 8 uur? Sla de vergeten tablet dan over.
                            • Als u atenolol 2 keer per dag gebruikt: duurt het nog meer dan 4 uur voor u de volgende tablet normaal inneemt? Neem de vergeten tablet dan alsnog in. Duurt het nog minder dan 4 uur? Sla de vergeten tablet dan over.
                            • autorijden?
                              De eerste dagen dat u atenolol gebruikt, kunt u wat duizelig zijn. Dit komt doordat uw lichaam zich nog moet instellen op de lagere bloeddruk. Na enkele dagen is dat meestal weer over en is autorijden geen probleem. Indien u duizelig blijft of last heeft van wazig zien, neem dan geen deel aan het verkeer.

                              alcohol drinken?
                              Alcohol verwijdt de bloedvaten. Het kan daardoor in het begin van de behandeling de bijwerking duizeligheid versterken. Probeer het drinken van alcohol eerst met mate uit. U kunt dan zelf inschatten of u hier veel last van krijgt. In het algemeen is enkele keren per week een glas wijn geen probleem.

                              alles eten?
                              Bij dit medicijn zijn hiervoor geen beperkingen.

                              • Dit medicijn heeft wisselwerkingen met andere medicijnen. In de tekst hieronder staan alleen de werkzame stoffen van deze medicijnen, dus niet de merknamen. Of uw medicijn een van die werkzame stoffen bevat, kunt u nagaan in uw bijsluiter onder het kopje 'samenstelling'.

                                De medicijnen waarmee de belangrijkste wisselwerkingen optreden, zijn de volgende.

                                • Andere bloeddrukverlagende medicijnen. De bloeddruk kan te laag worden als u atenolol samen met andere bloeddrukverlagers gaat gebruiken. Uw arts houdt hier rekening mee en zal in het begin een lagere dosering voorschrijven. Al naar gelang het effect zal de arts de dosis geleidelijk verhogen. Bij combinatie met de hartmedicijnen verapamil of diltiazem kan de hartslag trager en onregelmatiger worden. Uw arts zal in dit geval uw hartfunctie regelmatig controleren.
                                • Pijnstillers van het NSAID-type zoals ibuprofen, naproxen of diclofenac. Deze pijnstillers kunnen de werking van atenolol bij hoge bloeddruk verminderen. Gebruikt u een pijnstiller van het NSAID-type langer dan twee weken en gebruikt u atenolol voor een hoge bloeddruk? Dan zal uw bloeddruk extra gecontroleerd moeten worden. Neem hiervoor contact op met uw arts.
                                • Sommige medicijnen voor een vergrote prostaat, namelijk de alfablokkers (alfuzosine, doxazosine en terazosine). Deze kunnen in het begin van de behandeling de bloeddruk verlagen en duizeligheid veroorzaken. Atenolol versterkt deze bijwerking. Deze wisselwerking is alleen van belang de eerste dagen dat u met een alfa-blokker begint. U kunt de alfa-blokker de eerste keren het beste 's avonds innemen, als u al op bed zit, voor het geval u duizelig wordt. Als u een alfa-blokker met vertraagde afgifte gebruikt, kunt u de volgende ochtend duizelig worden bij het opstaan. Dit is na enkele dagen over.
                                • Medicijnen die het bloedsuiker verlagen, zoals insuline, tolbutamide, glibenclamide en glimepiride. Deze middelen worden gebruikt om het bloedsuiker te verminderen bij mensen met diabetes. Een te laag bloedsuiker noemen we een 'hypo'. Wanneer u een bètablokker gebruikt, voelt u minder snel dat u een hypo heeft. Dat komt omdat de bètablokker de waarschuwende signalen, zoals trillen en hartkloppingen, onderdrukt. Andere verschijnselen, zoals zweten, wazig zien en hongergevoel, verdwijnen niet. Let daarom extra op deze laatste verschijnselen.
                                • Adrenaline-injectie bij allergie. Atenolol vermindert het effect van adrenaline. Dat kan gevaarlijk zijn bij ernstige allergische reacties waarbij een adrenaline-injectie nodig is om de bloeddruk weer goed te krijgen. Overleg hierover met uw arts als u af en toe een dergelijke injectie nodig heeft en uw arts wil u een bètablokker voorschrijven.

                                Twijfelt u of een van de bovenstaande wisselwerkingen voor u van belang is? Neem dan contact op met uw apotheker of arts.

                                • Zwangerschap
                                  Bent u zwanger of wilt u zwanger worden? Overleg met uw arts. Samen met uw arts kunt u bespreken wat het risico voor de baby is als u doorgaat met het medicijn. Of wat het risico voor u is als u met het medicijn stopt.

                                  Het is bekend dat in de laatste maanden van de zwangerschap, de baby last kan krijgen van ademhalingsproblemen, een te trage hartslag, lage bloeddruk, laag bloedsuiker en langzamer groeien. Mogelijk zal uw arts uw baby extra controleren. Overleg met uw arts. Mogelijk kunt u (tijdelijk) overstappen op een ander medicijn.

                                  Borstvoeding
                                  Wilt u borstvoeding geven, overleg dan met uw arts. U kunt dit medicijn beter NIET gebruiken als u borstvoeding geeft. Het medicijn komt in de moedermelk terecht en het kan schadelijk zijn voor de baby. Misschien kunt u overstappen op een ander medicijn. Een medicijn waarvan wel bekend is dat u het veilig kunt gebruiken.

                                  Gebruikt u medicijnen op recept of die u zonder recept koopt? Wilt u helpen om de kennis over medicijngebruik tijdens zwangerschap en borstvoeding te vergroten? Meld dan uw ervaring bij Moeders van Morgen.

                                  • Nieren

                                    Werken uw nieren minder goed? Overleg dan met uw apotheker. Het kan zijn dat de dosering van uw medicijn aangepast moet worden.

                                    Dialyseert u? Overleg dan met uw apotheker. Het kan zijn dat aanpassing van uw medicijngebruik nodig is. Bijvoorbeeld:

                                    • een andere dosering;
                                    • een andere dag of ander tijdstip waarop u uw medicijn moet innemen;
                                    • een ander medicijn.

                                    Lever

                                    Heeft u levercirrose? U mag dit medicijn gebruiken, zoals uw arts heeft voorgeschreven. Dit medicijn heeft geen gevolgen voor de werking van uw lever. En levercirrose heeft geen invloed op de werking en de bijwerkingen van dit medicijn.

                                    • Stop niet zomaar zelf met dit medicijn. Overleg altijd eerst met uw apotheker en arts als u wilt stoppen.

                                      U moet dit medicijn namelijk afbouwen, dat betekent dat u dit medicijn NIET in 1 keer mag stoppen. Als u in 1 keer stopt, is de verandering voor uw hart en bloeddruk dan te snel. Bouw het gebruik in 1 tot 2 weken langzaam af in overleg met uw arts en apotheker.

                                      Als u atenolol moet stoppen voor een operatie moet u meestal minstens 24 uur voor de operatie stoppen. Overleg met de behandelend arts.

                                      Gebruikt u dit medicijn voor een hoge bloeddruk en denkt u erover na om te stoppen met dit medicijn? Bekijk dan het thema 'Kan ik stoppen met mijn medicijnen die de bloeddruk verlagen (bloeddrukverlagers)?'.

                                      • De werkzame stof atenolol zit in de volgende producten:
                                        • Ja, u heeft een recept nodig.

                                          Atenolol is in 1975 op de markt gebracht. Het is op recept verkrijgbaar als het merkloze Atenolol in tabletten.

                                          Atenolol wordt ook gebruikt in combinatie met een andere werkzame stof als het merkloze Atenolol/chloortalidon.

                                          Laatst bijgewerkt op 23-03-2023

                                          Disclaimer

                                          Deze tekst is opgesteld door het Geneesmiddel Informatie Centrum van de KNMP. Deze tekst is gebaseerd op de bijsluiter van het beschreven medicijn en op andere, wetenschappelijke bronnen. Zoals medische richtlijnen, standaarden en literatuur. Bent u benieuwd hoe het apotheek.nl-team dit doet? Bekijk dan de video. Hoewel bij het opstellen van de tekst uiterste zorgvuldigheid is betracht, is de KNMP niet aansprakelijk voor eventuele schade die zou kunnen voortvloeien uit enige onjuistheid in deze tekst. De officiële bijsluiter van dit medicijn vindt u bij het College ter Beoordeling van Geneesmiddelen op: www.cbg-meb.nl.

                                          Vond u deze informatie nuttig?

                                          Vind een apotheek

                                          Wilt u meer weten, of heeft u een vraag over uw eigen situatie? Dan raden wij u aan naar uw eigen apotheek te gaan. Uw eigen apotheker is op de hoogte van uw persoonlijke omstandigheden en kan u uitgebreid begeleiden bij uw medicijngebruik. Bent u niet in de buurt van uw eigen apotheek, dan kunt u hier ook andere apotheken vinden.
                                          Vind een apotheek blob

                                          Vraag het de webapotheker

                                          Vraag het de webapotheker

                                          Vraag het de webapotheker

                                          Het beste advies krijgt u bij uw eigen apotheek. Daar ontvangt u de zorg en begeleiding die is afgestemd op uw persoonlijke situatie. Mocht dit niet mogelijk zijn, dan kunt u een vraag stellen aan de webapotheker. Een team van apothekers beantwoordt uw vraag in principe binnen enkele werkdagen.

                                          Meldpunt medicijnen

                                          Werkt uw medicijn heel goed of juist niet? Wordt uw medicijn niet vergoed? Of heeft u last van een bijwerking? Meld uw ervaring
                                          Informatie wordt bijgewerkt: